110
• Functie #5, groene LED knippert 1x lang: maximale remkracht
De rijregelaar biedt afhankelijk van de stand van de gas-/remhendel op de zender een proportionele remkracht. De
maximale remkracht bij volledige uitslag is instelbaar tussen 25%, 50%, 75% en 100%.
Een hoge instelling (bijv. 100%) verkort de remweg, maar heeft negatieve gevolgen voor de gebruiksduur van de
tandwielen (aandrijfpignon, hoofdtandwiel en differentieel).
• Functie #6: groene LED knippert 1x lang, 1x kort: max. snelheid voor achteruitrijden
De maximale snelheid voor achteruitrijden kan met deze functie worden geprogrammeerd. Instelbaar zijn waarden
van 25%, 50%, 75% en 100%. Wij raden aan om de achteruitrijsnelheid op 50% in te stellen zodat het voertuig bij
het achteruitrijden beter te beheersen is.
Als de achteruitrijversnelling werd uitgeschakeld (zie onder "Functie #1"), dan heeft deze instelling geen betekenis.
• Functie #7: groene LED knippert 1x lang, 2x kort: minimale remkracht
Hier kan de remkracht worden ingesteld wanneer de remprocedure (afhankelijk van de stand van de gas/remhendel
op de zender) begint.
Vooraf ingesteld is dezelfde remkracht als voor de motorremfunctie (zie ?Functie #2•g), maar er kunnen ook waarden
van 20% of 40% worden geprogrammeerd, zodat het voertuig sneller vertraagd/aanhoudt.
• Functie #8, groene LED knippert 1x lang, 3x kort: neutraal-bereik (voor neutraalstand op zender)
Met deze functie kan worden ingesteld welk bereik ?D•g (zie afbeelding
rechts) als neutraalstand door de zender wordt herkend. Instelbaar zijn
waarden van 6%, 9% en 12% van het bereik van de hendel.
De afbeelding van de zender rechts dient ter verduidelijking en hoeft niet
met het design van de meegeleverde zender overeen te stemmen.
A = Mechanische middelste stand van de gas-/remhandel (neutrale
stand)
B = volgas vooruit
C = volgas achteruit
D = Bereik voor de neutrale stand
E = Bereik voor het vooruitrijden
F = Bereik voor het achteruitrijden
• Functie #9, groene LED knippert 1x lang, 4x kort: Timing
Hogere waarden voor de timing leiden tot een hoger toerental van de motor. Daarbij neemt het draaimoment af en
de stroomopname toe (lage rijtijd, oververhitting van motor en regelaar). De fabrikant heeft voor de in het voertuig
ingebouwde motor al de optimale instelling gekozen; deze mag enkel door ervaren modelbouwsporters worden
veranderd.
Instelbaar zijn waarden van 0.00, 3.75, 11.25, 15.00, 18.75, 22.50 en 26.25.
A
B
C
D
E
F
Afb. 10
Summary of Contents for 23 73 00
Page 118: ...118 ...
Page 119: ...119 ...