75
• Laad de accu’s nooit zonder toezicht op.
• Laad accu’s regelmatig op (ongeveer elke 2 à 3 maanden), omdat de accu’s zich anders door zelfontla-
ding te diep ontladen. De Li-Ion rijaccu wordt door diepontlading blijvend onbruikbaar!
• Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), haal dan de rijaccu uit de auto om
beschadigingen door een lekkende accu te voorkomen. Haal ook de batterijen uit de zender.
b) Zender
• Bij gebruik van oplaadbare batterijen in de zender neemt de bedrijfstijd door de lagere spanning aan-
zienlijk af (normale nominale spanning = 1,5 V, oplaadbare batterij = 1,2 V). Plaats daarom in de zender
uitsluitend batterijen in en geen accu's.
• Vervang steeds de volledige set batterijen in de zender. U mag geen volle en halfvolle batterijen door
elkaar gebruiken. Gebruik steeds batterijen van hetzelfde type en dezelfde fabrikant.
• Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de batterijen uit de zender
halen om beschadigingen door lekkende batterijen te voorkomen.
c) Voertuig/rijaccu
• Gebruik voor de auto alleen de meegeleverde 1-cellige Li-Ion-rijaccu (nominale spanning 3,7 V) of een
identieke reserve rijaccu.
• Haal de geplaatste rijaccu uit het voertuig als u het gedurende een langere periode niet gebruikt. An-
ders kan er sprake zijn van diepontlading, waardoor de rijaccu permanent beschadigd raakt. Neem de
rijaccu vanuit het voertuig, om schade door een lekkende accu te voorkomen. Bewaar de rijaccu op een
geschikte, voor kinderen ontoegankelijke plaats.
• Laad de rijaccu uitsluitend op via de meegeleverde USB-oplader en een geschikte USB-netspannings-
adapter.
• De rijaccu, de USB-oplader en de gebruikte USB-netspanningsadapter worden warm tijdens het op-
laden. Dek beiden tijdens het laden nooit af. Stel de rijaccu en oplader niet bloot aan hoge of lage
temperaturen, direct zonlicht of vochtigheid/natheid.
• Koppel de rijaccu los van de USB-oplader als hij volledig opgeladen is.
• Laad de accu nooit in voertuigen op.
• Houd kinderen uit de buurt van de accu. Kinderen kunnen de accu kortsluiten waardoor er brand of een
explosie kan ontstaan. Dit is levensgevaarlijk!
• Gebruik het product niet in de directe omgeving van sterke magnetische of elektromagnetische vel-
den, zendmasten of HF-generatoren. Daardoor kan de besturingselektronica van de oplader worden
beïnvloed.
• Als u met de accu werkt, draag dan geen metalen of geleidende materialen zoals sieraden (kettingen,
armbanden, ringen o.i.d.). Door een kortsluiting bestaat er brand- en explosiegevaar.
• Voer geen laadproces uit, nadat het van een koude ruimte in een warme ruimte is gebracht. De condens
die daarbij ontstaat kan onder bepaalde omstandigheden de werking van het apparaat storen of tot
beschadiging leiden! Laat het product eerst op kamertemperatuur komen voordat u een laadproces
uitvoert.