15
BELANGRIJKSTE KENMERKEN
1. Aan/uit schakelaar
2. Meseenheid
3. 2 opzetkammen
4. Oplaadindicator
5. Aansluiting netvoeding
Geen afbeelding:
6. Adapter
OM TE BEGINNEN
UW APPARAAT OPLADEN
• Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u het apparaat ongeveer
14-16 uur opladen.
• Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld.
• Sluit de oplaadadapter op het apparaat aan en steek vervolgens de stekker in het
stopcontact.
• De oplaadindicator zal gaan branden.
• De oplaadindicator is blijvend verlicht, nadat de batterij volledig is opgeladen.
• Als het apparaat gedurende langere tijd (2-3 maanden) niet gebruikt wordt, dient het
uit het stopcontact genomen en opgeborgen te worden.
• Laad het apparaat volledig op voor u deze weer gaat gebruiken.
• Om de levensduur van uw batterijen te verlengen, dienen deze iedere 6 maanden
geheel ontladen te worden. Laad ze vervolgens gedurende 16-20 uur weer volledig op.
OPLADEN VIA HET STOPCONTACT
• Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld.
• Sluit de oplaadadapter op het apparaat aan en steek vervolgens de stekker in het
stopcontact.
• Het apparaat zal zich in 14-16 uur volledig opladen.
GEBRUIK OP NETVOEDING
• Sluit de oplaadadapter op het apparaat aan en steek vervolgens de stekker in het
stopcontact.
• Wanneer de stekker in het stopcontact zit, verschijnt er een LED-oplaadindicator op het
apparaat.
• De oplaadindicator dooft wanneer het apparaat wordt aangezet.
WAARSCHUWING
Langdurig gebruik op netvoeding zal de levensduur van de batterij verkorten.
SNOERLOOS GEBRUIK
• Wanneer het apparaat aanstaat en volledig is opgeladen, kan het apparaat tot 30
minuten snoerloos gebruikt worden.
NEDERLANDS
GB
DE
NL
FR
ES
IT
DK
SE
FI
PT
SK
CZ
PL
HU
RU
TR
RO
GR
SI
HR
UA
BG
AE