Aansluitklemmen „PW1“:
Sluit hier de eerste externe spannings-/stroomvoorziening aan. Deze
moet een gestabiliseerde gelijkspanning van 12 - 48 V/DC en een stroom van 1 A kunnen leveren.
Let op de juiste polariteit (plus/+ en min/-).
Aansluitklemmen „PW2“:
Sluit hier de tweede externe spannings-/stroomvoorziening aan, indien
deze beschikbaar is. Deze moet een gestabiliseerde gelijkspanning van 12 - 48 V/DC en een stroom
van 1 A kunnen leveren. Let op de juiste polariteit (plus/+ en min/-).
Aansluitklemmen „Alm“:
De twee schroefklemmen zijn spanningsvrij met een intern relais ver-
bonden. Het contact wordt gesloten als een alarm door de netwerkswitch wordt geactiveerd (bij-
voorbeeld als een van de twee spannings-/stroomvoorzieningen uitvalt of als een van de netwerk-
verbindingen wordt onderbroken).
Het relaisschakelcontact mag maximaal met een spanning van 24 V/DC en een stroom van 1 A
worden belast.
Aardingsaansluiting:
Het schroefcontact dat wordt aangeduid met een aardingssymbool (naast
de 6 schroefklemmen), staat ter beschikking voor de aansluiting aan de aarding. Verbind het met
de aarding van de schakelkast waarin de netwerkswitch is ingebouwd.
DIP-schakelaar voor alarmfunctie:
Als de DIP-schakelaar „power“ (DIP-schakelaar 6) in de po-
sitie „ON“ wordt gezet, wordt het relais voor de alarmuitgang geactiveerd, als een van de beide
spannings-/stroomvoorzieningen uitvalt. Om deze functie juist kan laten werken, moeten hiervoor
natuurlijk ook twee spannings-/stroomvoorzieningen aan de netwerkswitch zijn aangesloten.
De DIP-schakelaars „1“ tot „5“ horen bij de 5 netwerkpoorten aan de voorkant. Als de respec-
tieve DIP-schakelaar op “ON” wordt gezet, wordt het relais voor de alarmuitgang geactiveerd als
de bijbehorende netwerkverbinding wordt onderbroken (bijvoorbeeld als de netwerkstekker eruit
wordt getrokken).
Breng de respectieve schakelaar alleen in de positie „ON“ als de bijbehorende net-
werkpoort ook echt wordt gebruikt, omdat het relais voor de alarmuitgang anders con-
stant wordt geactiveerd.
• Nadat u alle aansluitingen en instellingen hebt uitgevoerd, zet u de netwerkswitch op de DIN-
rail en sluit u deze daar aan.
De DIN-rail moet overeenkomen met de EN55022 (totale breedte 3,5 cm, totale hoogte 0,75 cm).
U kunt de netwerkswitch niet op andere DIN-rails monteren!
• Verbind de RJ45-connectoren via de geschikte netwerkkabels met de apparaten of computers
die bij u aanwezig zijn.
Elk van de vier RJ45-netwerkpoorten ondersteunt Auto-Uplink, d.w.z. dat er geen dure crosslink-
kabels nodig zijn voor de verbinding van meerdere netwerkswitches.
Voor de SFP-aansluiting is een geschikte SFP-module nodig (niet bij de levering inbegrepen,
apart te bestellen).
Let erop dat de kabels niet gebogen of platgedrukt worden.
We raden aan om de netwerkkabels met geschikte stickers of andere hulpmiddelen te marke-
ren, zodat u in bij storingen precies weet welke verbindingen u moet controleren.
• Schakel de spannings-/stroomvoorziening in.
• De groene leds „PWR1“ en „2“ branden als de betreffende spannings-/stroomvoorziening cor-
rect werkt.
De rode led „Alm“ brandt als een van de beide spannings-/stroomvoorzieningen is uitgevallen
of als er een onderbreking werd vastgesteld bij een van de netwerkpoorten.
Daarvoor moet natuurlijk de bijbehorende DIP-schakelaar juist zijn ingesteld, zie hier-
boven.
De beide zich in de RJ45-connectoren bevindende leds geven de LINK-status weer. Hierbij
wordt de groene led voor normale netwerkapparatuur gebruikt, de gele led voor zgn. PD-net-
werkapparatuur („Powered Device“).
De groene led „SFP“ brandt als een dataverbinding aanwezig is via de SFP-module (LINK-sta-
tusweergave).
Afvoer
Het product hoort niet bij het huishoudelijk afval.
Het product dient aan het einde van zijn levensduur volgens de geldende wettelijke
voorschriften te worden verwijderd. Lever het bijv. in bij het betreffende inzamelpunt.
Technische gegevens
Bedrijfsspanning ..........................................12 - 48 V/DC
Opgenomen vermogen ................................max. 20 W
Netwerkpoorten ...........................................4x RJ45-poorten, 10/100/1000BaseT(X)
.........................................................................
1x Gigabit-SFP-poort
Auto-Uplink (Auto-MDI) ..............................ja, voor de 4x RJ45-poorten
Schakeluitgang bij alarm ............................schakelspanning/-stroom max. 24 V/DC, 1 A
Omgevingsomstandigheden (werking).....temperatuur -20 °C tot +70 °C
.........................................................................
Luchtvochtigheid 0% tot 95% relatief, niet condenserend
Omgevingsomstandigheden (opslag) .......temperatuur -30 °C tot +80 °C
.........................................................................
Luchtvochtigheid 5% tot 95% relatief, niet condenserend
Afmetingen ....................................................120 x 55 x 108 mm (H x B x D)
Gewicht..........................................................505 g
Meer informatie vindt u in de uitgebreide Engelstalige gebruiksaanwijzing op de mee-
geleverde cd.
O
Gebruiksaanwijzing
5-poorts Gigabit-switch voor DIN-rail
Bestelnr. 1274942
Beoogd gebruik
De netwerkswitch is bedoeld om computers of andere daarvoor geschikte apparaten in een kabel-
netwerk op te nemen. De switch beschikt daarbij over 5 netwerkaansluitingen (vier twisted-pair/
RJ45-connectoren en een SFP-poort).
De montage gebeurt op een DIN-railmount volgens EN55022, die in de handel gebruikelijk is.
Volg te allen tijde de veiligheidsvoorschriften en alle andere informatie in deze gebruiksaanwijzing
op.
Dit product voldoet aan de nationale en Europese wettelijke eisen. Alle voorkomende bedrijfs-
namen en productaanduidingen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaren. Alle rechten
voorbehouden.
Omvang van de levering
• Netwerkswitch
• Aansluitstekker (bij levering evt. al op de achterkant van de netwerkswitch geplaatst)
• Cd met gebruiksaanwijzing van de fabrikant (in het Engels)
• Korte handleiding
Pictogramverklaringen
Het pictogram met de bliksemschicht in een driehoek wijst op gevaar voor uw gezond-
heid bijv. door een elektrische schok.
Dit pictogram duidt op speciale gevaren bij het hanteren, gebruiken en bedienen.
Het „pijl“-pictogram staat voor speciale tips en bedieningsinstructies.
Veiligheidsvoorschriften
Bij schade veroorzaakt door het niet-naleven van deze gebruiksaanwijzing komt de
waarborg/garantie te vervallen! Wij zijn niet aansprakelijk voor gevolgschade!
Bij materiële schade of persoonlijk letsel ontstaan door onvakkundig gebruik of het
niet naleven van de veiligheidsvoorschriften kunnen wij niet aansprakelijk worden
gesteld! In dergelijke gevallen vervalt de waarborg/garantie.
• Uit veiligheids- en toelatingsoverwegingen (CE) is het zelfstandig ombouwen en/of
aanpassen van het product niet toegestaan.
• Het product is geen speelgoed, het is niet geschikt voor kinderen. Monteer en ge-
bruik het product op een plaats buiten het bereik van kinderen.
• Het product is uitsluitend geschikt voor gebruik in droge en gesloten binnenruimtes.
Het mag niet vochtig of nat worden.
• De stroomvoorziening gebeurt redundant via twee gescheiden ingangen. Hier zijn
twee externe netvoedingadapters nodig (niet inbegrepen bij de levering) die een ge-
stabiliseerde gelijkspanning van telkens 12 - 48 V/DC kunnen leveren.
• Laat het verpakkingsmateriaal niet rondslingeren, dit kan voor kinderen gevaarlijk
speelgoed zijn.
• Behandel het product voorzichtig: door stoten, schokken of een val - zelfs van ge-
ringe hoogte - kan het beschadigd raken.
Aansluiten en monteren
Let op, belangrijk:
Als de netwerkswitch in een schakelkast wordt gemonteerd waarin gevaarlijke span-
ningen beschikbaar zijn, mag u de aansluiting en montage niet zelf uitvoeren. U moet dit
overlaten aan een opgeleide vakman op het gebied van elektronica (bijvoorbeeld een
elektricien), die bekend is met de voorschriften en veiligheidsmaatregelen.
Anders bestaat er levensgevaar door een elektrische schok!
Voer aansluiting en montage van de netwerkswitch alleen in spanningsloze toestand
uit.
• Aan de achterkant van de netwerkswitch vindt u een 6-polige schroefklem waaraan de span-
nings- en stroomvoorziening wordt aangesloten. Verder vindt u daar de alarmuitgang.
De spannings-/stroomvoorziening van de netwerkswitch is redundant aangebracht.
Dit betekent dat wanneer een van de twee spannings- stroomvoorzieningen uitvalt, er
automatisch en zonder onderbreking op de andere wordt overgeschakeld.
Als u niet twee afzonderlijke spannings-/stroomvoorzieningen wilt aansluiten, is voor
de werking één afzonderlijke natuurlijk ook genoeg.
Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of de
registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van
uittreksels, verboden. De publicatie voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen.
© Copyright 2014 by Conrad Electronic SE.
V1_1014_01/HD