Nederlands
Nederlands
www.revell-control.de
serVICeaanWIJzIngen
Op www.revell-control.de vindt u bestelmogelijkheden
en vervangingstips voor reserveonderdelen,
alsmede andere nuttige informatie over alle
modellen van Revell Control.
28
29
aanWIJzIngen VOOr VeIlIg VlIegen
ALGEMENE VLIEGTIPS:
• Zet de helikopter altijd op een vlakke
ondergrond. Een schuin vlak kan het
startgedrag van de helikopter onder
bepaalde omstandigheden negatief
beïnvloeden.
• Beweeg de regelaars altijd langzaam en
met gevoel.
• Houd steeds de helikopter in het oog,
kijk niet naar de zender!
• Beweeg de liftkrachtregelaar weer een
beetje naar beneden zodra de helikopter
loskomt van de grond. Pas de liftkracht-
regelaar aan om de vlieghoogte te
handhaven.
• Beweeg de liftkrachtregelaar weer iets
naar boven als de helikopter daalt.
• Beweeg de liftkrachtregelaar iets naar
beneden als de helikopter stijgt.
• Het is vaak al genoeg om de richtingsre-
gelaar een heel klein beetje in de
gewenste richting te tikken om een
bocht te maken. De eerste keren dat
met de helikopter wordt gevlogen, heeft
men meestal de neiging de regelaars te
heftig te bedienen. Beweeg de rege-
laars altijd langzaam en voorzichtig, in
geen geval snel en schokkerig.
• Beginners kunnen na het afstellen van
de trim het best eerst de beheersing
van de liftkrachtregelaar oefenen. De
helikopter hoeft aanvankelijk niet per se
rechtuit te vliegen. Het is beter om eerst
te proberen een constante hoogte van
ongeveer een meter boven de grond te
handhaven door de liftkrachtregelaar
steeds kortstondig aan te raken. Oefen
daarna pas met het naar links en rechts
sturen van de helikopter.
DE GESCHIKTE VLIEGOMGEVING:
De plaats waar u met de helikopter vliegt, moet voldoen aan de volgende criteria:
• Het moet een gesloten ruimte zijn, waar het windstil is. Zorg er indien mogelijk voor,
dat er geen luchtstromen worden veroorzaakt door airconditioning, ventilatiekachels
enz.
• De ruimte moet ten minste 10 meter lang, 6 meter breed en 3 meter hoog zijn.
• Er mogen zich geen storende voorwerpen in de ruimte bevinden (ventilatoren,
lampen enz.).
• Verzeker u er vóór het starten in ieder geval van, dat alle levende wezens, inclusief
de piloot, zich op meer dan 1 à 2 meter van de vliegmachine bevinden wanneer deze
opstijgt.
Het is sinds 2005 verplicht verzekerd te zijn voor modelvliegtuigen en -helikopters
waarmee buiten gevlogen wordt. Neem contact op met uw aansprakelijkheids-
verzekeraar en verzeker u ervan, dat uw nieuwe en vorige modellen door deze
verzekering worden gedekt. Laat een schriftelijke bevestiging opmaken en bewaar
deze goed. Als alternatief biedt de Deutsche Modellflieger Verband (DMFV, Duitse
modelvliegersvereniging) op internet onder www.dmfv.aero een gratis proeflidmaat-
schap incl. verzekering aan.
8 De rOTOrBlaDen VerVangen
Als de rotorbladen van de helikopter beschadigd raken, moeten deze worden
vervangen. Ga als volgt te werk:
Let er bij de montage op, dat u de rotorbladen niet verwisselt.
De rotorbladen zijn gemarkeerd met "D1" en "C1"
(8A)
. Rotorbladen van het type "D1"
worden boven gemonteerd, rotorbladen van het type "C1" onder.
PrOBleeMOPlOssIng
Probleem: De rotorbladen bewegen niet.
Oorzaak:
• De ON/OFF-schakelaar staat op "OFF".
• De accu is te zwak of leeg.
Oplossing:
• Zet de ON/OFF-schakelaar op "ON".
• Laad de accu op.
Probleem: De helikopter stopt zonder zichtbare oorzaak tijdens de vlucht en
verliest hoogte.
Oorzaak:
• De accu is te zwak.
Oplossing:
• Laad de accu op.
Probleem: De helikopter kan niet worden bestuurd met de zender.
Oorzaak:
• De ON/OFF-schakelaar staat op "OFF".
• De batterijen werden verkeerd geplaatst.
• De batterijen hebben niet voldoende energie meer.
Oplossing:
• Zet de ON/OFF-schakelaar op "ON".
• Controleer of de batterijen juist zijn geplaatst.
• Plaats nieuwe batterijen.
Probleem: De helikopter draait alleen nog naar links of naar rechts om zijn
eigen as.
Oorzaak:
• Te sterke trim naar links of rechts.
Oplossing:
• Herstel de trim door de trimregelaar in tegengestelde richting te
drukken (zie punt 6, Trimmen van de besturing).
Meer tips en trucs vindt u op
www.revell-control.de
.
8B
Draai de schroef voorzichtig uit het rotorblad met een kruiskopschroevendraaier.
8C
Trek het rotorblad voorzichtig uit de houder.
8D
Steek het nieuwe rotorblad voorzichtig in de houder en draai de schroef vast.
Let op: draai de schroef niet te vast aan. Het rotorblad moet wat speling hebben.