NL-115
NEDERLANDS
Bediening
G
Toepassingsprogramma (U1–U4)
In dit programma kunt u naar behoeften tot 4
profi elprogramma’s individueel opstellen. De belastings-
trappen en reeksen kunnen hierbij vrij worden ge-
selecteerd. Het programma wordt na invoer opgeslagen en
staat bij de volgende training weer tot uw beschikking.
Selecteer het toepassingsprogramma met behulp van de
UP/DOWN-knoppen en bevestig het programma met
ENTER. In de onderste, linker display begint de eerste
parameter TIME (tijd) te knipperen. Selecteer nu met de
UP/DOWN-knoppen en met ENTER een gewenste waarde
resp. vervolgparameters.
Na instelling van de gewenste parameters gaat de eerste
kolom branden. Stel nu met de UP/DOWN-knoppen de
gewenste belastingstrap in en bevestig met ENTER om de
volgende kolommen te defi niëren. Druk ten slotte op de
START/STOP-knop om de training te beginnen.
H
Fitnesstest (RECOVERY)
De meting van het hartrecuperatieniveau dient als indi-
cator van uw lichamelijke en sportieve conditie. Hoe
sneller uw hartfrequentie na de training weer naar de
normale polsslag terugkeert (hartrecuperatieniveau), des
te „fi tter“ bent u.
Druk direct na de voltooide training op de RECOVERY-
knop om de fi tnesstest te starten. Leg daarna de handen
op de handpolsslagsensoren. Na ca 60 seconden geeft de
computer het gemeten hartrecuperatieniveau aan (1.0 =
zeer goed tot 6.0 = onvoldoende).
Het is raadzaam uw hartrecuperatieniveau door constante
training tot 1.0 te verbeteren.
Om naar de trainingsprogrammaselectie terug te keren,
drukt u opnieuw op RECOVERY.
OPMERKING
Let erop dat bij invoer van de INSTELTIJD niet alle
parameters gelijktijdig kunnen worden ingesteld.
OPMERKING
Zodra een van de vooraf ingestelde parameters is terug-
geteld tot nul, hoort u een akoestisch signaal en stopt
het trainingsprogramma automatisch. Als u meer para-
meters vooraf hebt ingesteld, kunt u het programma
voortzetten door de START/STOP-knop in te drukken.
REX_Trainer_CX200E_12.indd NL-115
REX_Trainer_CX200E_12.indd NL-115
08.05.12 12:58
08.05.12 12:58