62
altijd aan de geïsoleerde handgrepen vast, om het draaimoment altijd veilig te
kunnen opvangen (gevaar voor ongevallen!). Op veilige stand letten. Grotere
kernboringen met boorstandaard doorvoeren.
Let erop dat de zuigslang van de veiligheidszuiger/ontstoffer geen knik maakt,
omdat dit de stofafzuiging hindert. Let er ook op dat er geen losgekomen
brokken steen of andere voorwerpen in de diamantkernboorkroon, zuigrotor
((46) toebehoren art.nr. 180160) en/of zuigslang klem raken. Het stofreservoir
van de veiligheidszuiger/ontstoffer moet op tijd worden leeggemaakt en het
fi lter dient regelmatig te worden gereinigd of vervangen. Neem de handleiding
van de veiligheidszuiger/ontstoffer in acht.
Word bij droogboren ontstane stof niet afgezogen, dan kan de diamantkern-
boorkroon door oververhitting beschadigen. Bovendien bestaat het gevaar, dat
ruimteverdichtende boorstof de diamantkernboorkroon blokkeert. Moet er zonder
stofafzuiging gewerkt worden, dan moet er bij materiaal met fi jne poriën de
diamantkernboorkroon indien mogelijk regelmatig teruggetrokken worden en
met lichte druk weer voortbewogen worden, zodat het boorstof uit de boorspleet
uitgestoten wordt. Hierbij moet een geschikte veiligheidsuitrusting worden
gedragen, bijv. ademmasker, wegwerpkleding. Neem de nationale voorschriften
in acht.
LET OP
LET OP
Gewapend beton met ROLLER’S Universal-diamantkernboorkronen en
ROLLER’S Universal-diamantkernboorkronen LS alleen natboren!
Gewapend beton met ROLLER’S diamantkernboorkronen voor droog-
boren LS alleen droogboren met kernboormachines met micro-impuls-
techniek. Het hierbij geproduceerde boorstof moet met een geschikte
veiligheidszuiger/ontstoffer worden weggezogen! Neem de nationale
voorschriften in acht.
3.1.2 Droogboren uit de vrije hand met ROLLER’S Centro DP (fi g. 10)
3.1.2
3.1.2
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Gebruik bij boren uit de vrije hand de tegenhouder (12) die bij de diamantkern-
boormachine is meegeleverd. Het verlies van de controle over de diamantkern-
boormachine kan tot letsel leiden. Houd er rekening mee dat de diamantkern-
boorkroon kan blokkeren. Er bestaat kans op letsel wanneer bij stijging van het
draaimoment de diamantkernboormachine uit de hand wordt gerukt en omvalt.
LET OP
LET OP
Voor droogboren in beton/gewapend beton met ROLLER’S Centro DP en
ROLLER’S diamantkernboorkronen voor droogboren LS is het noodzakelijk de
micro-impuls-techniek in te schakelen en een geschikte veiligheidszuiger/
ontstoffer voor de stofafzuiging te gebruiken, bijv. ROLLER’S Protector M. Bij
het boren in metselwerk en andere materialen kan de micro-impuls-techniek
worden uitgeschakeld en moet een geschikte veiligheidszuiger/ontstoffer, bijv.
ROLLER’S Protector M, worden gebruikt. Neem de nationale voorschriften in
acht.
Schroef de gekozen ROLLER’S diamantkernboorkroon voor droogboren TDKB
LS op de aandrijfas (11) van de aandrijfmachine en draai deze handmatig met
een lichte zwaai vast. Aandraaien met een steeksleutel is niet nodig. Gebruik
de aanboorhulp G ½ TDKB (49) (zie 2.4.1.). Sluit een geschikte veiligheids-
zuiger/ontstoffer, bijv. ROLLER’S Protector M, op ROLLER’S Centro DP aan
(zie 2.4.2.). Schakel bij het aanboren de micro-impulstechniek van ROLLER’S
Centro DP uit. Draai hiervoor de stelring micro-impuls-techniek (fi g. 10 (69)) in
de vergrendelde positie, zodat de rode markeringen niet overeenstemmen. Houd
de aandrijfmachine aan de geïsoleerde handgrepen van de motorgreep (20) en
aan de tegenhouder (12) vast en plaats de aanboorhulp G ½ TDKB (49) in het
midden van het gewenste kernboorgat. De aandrijfmachine met de veiligheid-
stipschakelaar (21) inschakelen.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Vergrendel bij het boren uit de vrije hand nooit de veiligheidstipschakelaar
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)! Indien de aandrijfmachine
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)!
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)!
door een blokkerende diamantkernboorkroon uit de hand wordt geslagen, kan
een vergrendelde veiligheidstipschakelaar niet meer worden ontgrendeld. De
aandrijfmachine slaat dan ongecontroleerd in het rond en kan alleen nog tot
stilstand worden gebracht door de stekker uit te trekken.
Boor aan tot de diamantkernboorkroon een diepte van ca. 5 mm heeft bereikt.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Trek de netstekker uit! Draai de aanboorhulp G ½ TDKB (49) uit; gebruik
hiervoor indien nodig een steeksleutel SW 19. Gebruik de stofafzuiging (zie
2.4.2.). Schakel de micro-impulstechniek van ROLLER’S Centro DP in. Draai
hiervoor de stelring micro-impuls-techniek (fi g. 10 (69)) in de vergrendelde
positie, zodat de rode markeringen overeenstemmen. Ga door met boren, tot
de kernboring voltooid is. Houd de aandrijfmachine hierbij altijd aan de geïso-
leerde handgrepen vast, om het draaimoment altijd veilig te kunnen opvangen
(gevaar voor ongevallen!). Zorg ervoor dat u stabiel staat. Voer grotere kern-
boringen met een boorstandaard uit.
Let erop dat de zuigslang van de veiligheidszuiger/ontstoffer geen knik maakt,
omdat dit de stofafzuiging hindert. Let er ook op dat er geen losgekomen
brokken steen of andere voorwerpen klem raken in de diamantkernboorkroon,
zuigrotor van de aandrijfmachine en/of zuigslang. Het stofreservoir van de
veiligheidszuiger/ontstoffer moet op tijd worden leeggemaakt en het fi lter dient
regelmatig te worden gereinigd of vervangen. Neem de handleiding van de
veiligheidszuiger/ontstoffer in acht.
Indien het stof dat bij het droogboren ontstaat, niet wordt afgezogen, kan
de diamantkernboorkroon door oververhitting beschadigd raken. Bovendien
bestaat het gevaar dat het boorstof in de spleet wordt samengeperst en de
diamantkernboorkroon blokkeert.
LET OP
LET OP
Als bij het droogboren uit de vrije hand met ROLLER’S Centro DP en inge-
schakelde micro-impuls-techniek onvoldoende voortbewegingsdruk wordt
uitgeoefend, kan de stelring micro-impuls-techniek (fi g. 10 (69)) tijdens het
boren verdraaien, waardoor de micro-impuls-techniek wordt uitgeschakeld.
Schakel in dit geval de aandrijfmachine uit. Draai de stelring micro-impuls-
techniek (fi g. 10 (69)) in de vergrendelde positie, zodat de rode markeringen
overeenstemmen. Zet het boren voort met hogere voortbewegingsdruk. Indien
de micro-impuls-techniek herhaaldelijk wordt uitgeschakeld, is het raadzaam
een boorstandaard te gebruiken.
LET OP
LET OP
Gewapend beton met ROLLER’S Universal-diamantkernboorkronen en
ROLLER’S Universal-diamantkernboorkronen LS alleen natboren!
Gewapend beton met ROLLER’S diamantkernboorkronen voor droog-
boren LS alleen droogboren met kernboormachines met micro-impuls-
techniek. Het hierbij geproduceerde boorstof moet met een geschikte
veiligheidszuiger/ontstoffer worden weggezogen! Neem de nationale
voorschriften in acht.
3.2 Handbediend natboren ROLLER’S Centro S1, Centro S3 en Centro SR
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Gebruik bij boren uit de vrije hand de tegenhouder (12) die bij de diamantkern-
boormachine is meegeleverd. Het verlies van de controle over de diamantkern-
boormachine kan tot letsel leiden. Houd er rekening mee dat de diamantkern-
boorkroon kan blokkeren. Gebruik bij het boren uit de vrije hand met ROLLER’S
Centro SR nooit stand 1. Er bestaat kans op letsel wanneer bij stijging van het
draaimoment de diamantkernboormachine uit de hand wordt gerukt en omvalt.
Schroef de gekozen ROLLER’S Universal-diamantkernboorkroon of ROLLER’S
Universal-diamantkernboorkroon LS op de aandrijfas (11) van de aandrijfmachine
en draai deze handmatig met een lichte zwaai vast. Aandraaien met steeksleutel
is niet noodzakelijk. Watertoevoervoorzie ning aansluiten (zie 2.5.). Aanboorhulp
(49) gebruiken. (zie 2.4.1.). Houd de aandrijfmachine aan de geïsoleerde
handgrepen van de motorgreep (20) en aan de tegenhouder (12) vast en plaats
de aanboorhulp in het midden van het gewenste kernboorgat. De aandrijfma-
chine met de veiligheidstipschakelaar (21) inschakelen.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Vergrendel bij het boren uit de vrije hand nooit de veiligheidstipschakelaar
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)! Indien de aandrijfmachine
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)!
(21) van de aandrijfmachine (verwondingsgevaar)!
door een blokkerende diamantkernboorkroon uit de hand wordt geslagen, kan
een vergrendelde veiligheidstipschakelaar niet meer worden ontgrendeld. De
aandrijfmachine slaat dan ongecontroleerd om en kan alleen maar door het
uitnemen van de netstekker tot stilstand gebracht worden.
Aanboren tot de diamantkernboorkroon ca. 5 mm geboord heeft. Aanboorhulp
(49) eruit schroeven, indien nodig met steeksleutel SW 19 losmaken. Waterdruk
van de watertoevoervoorziening (15) dermate instellen, dat matig maar constant
water uit het boorgat loopt. Te lage waterdruk, waarbij het afgevoerde materiaal
eerder papperig uit het boorgat loopt, is net zo nadelig voor de arbeidsvoortgang
en standtijd van de diamantkernboorkroon als te hoge waterdruk, waarbij het
spoelwater helder uit het boorgat loopt. Verder boren tot kernboring klaar is.
Houd de aandrijfmachine hierbij altijd aan de geïsoleerde handgrepen vast om
het draaimoment altijd veilig te kunnen opvangen (verwondingsgevaar!). Op
veilige stand letten. Grotere kernboringen met boorstandaard doorvoeren. Zuig
het boorwater bij voorkeur af met een geschikte droog- en natzuiger, bijv.
ROLLER’S Protector L of ROLLER’S Protector M.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Erop letten dat bij werking geen water in de motor van de aandrijfmachine
komt. Levensgevaar!
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
ROLLER’S Centro DP wordt zonder aardlekschakelaar PRCD geleverd en is
alleen voor droogboren geschikt. Natboren en de aansluiting van een waterslang
op ROLLER’S Centro DP is niet toegestaan. Er bestaat het risico van een
elektrische schok.
3.3 Bevestigingsmanieren van de boorstandaards
Het wordt aanbevolen de boorstandaard zonder aandrijfmachine en boorkronen
te bevestigen. Met gemonteerde aandrijfmachine is de boorstandaard topzwaar.
Daardoor wordt de bevestiging bemoeilijkt.
3.3.1 Plugbevestiging in beton met slaganker (fi g. 5)
Voor kernboringen in beton word de boorstandaard bij voorkeur met een slag-
anker (staalplug) bevestigd. Voortgang als volgt:
Het plugboorgat bij ROLLER’S Bohrständer S2 op een afstand van ca. 200
mm, bij ROLLER’S Bohrständer T met spanhoek voor ROLLER’S Centro S1,
ROLLER’S Centro S3, ROLLER’S Centro SR en ROLLER’S Centro DP op ca.
250 mm, en bij ROLLER’S Bohrständer T met Centro S2/3,5 op ca. 290 mm
van het midden van het kernboorgat markeren. Plugboorgat Ø 15 mm, boordiepte
ca. 55 mm instellen. Boorgat schoonmaken, slaganker (23) met hamer inslaan
en met zetijzer (24) uitspreiden. Alleen toegelaten slaganker (art.nr. 079005)
nld nld