43
Ontbrekende of beschadigde veiligheids- en bescherminrichtingen brengen
uw veiligheid en de veiligheid van andere personen in gevaar.
Veiligheidsinrichtingen zijn (
zie hoofdstuk
“Beschrijving van de componenten”):
– Veiligheidsschakelbeugel motorstop (1)
De verticuteerder is uitgerust met een motorstopinrichting.
In het lopende bedrijf en op een moment van gevaar wordt door de
beugel voor de motorstop los te laten de verbrandingsmotor afgezet.
De verbrandingsmotor en het snijgereedschap moeten tot stilstand
komen (Opgelet! Het snijgereedschap loopt na!). Anders de
dichtstbijzijnde geautoriseerde vakwerkplaats opzoeken.
De beugel moet na het loslaten in elk geval weer in de positie
terugspringen, die in de afbeelding “Beschrijving van de
componenten” wordt getoond.
Als dit niet het geval is, dan moet dit onmiddellijk door een
geautoriseerde vakwerkplaats gecontroleerd worden.
De functie van de veiligheidsschakelbeugel mag in geen geval buiten
werking worden gesteld.
Men moet controleren of de veiligheidsschakelbeugel werkt zoals
voorgeschreven. Als dat niet het geval is, moet hij door een erkend
vakbedrijf gerepareerd worden.
Bescherminrichtingen zijn (
zie hoofdstuk
“Beschrijving van de componenten”):
– Behuizing, spatbescherming (7)
Deze bescherminrichtingen beschermen tegen letsel door omhoog
geslingerde voorwerpen.
Het apparaat mag niet met beschadigde behuizing c.q. zonder op de
voorgeschreven wijze bevestigde spatbescherming worden gebruikt.
– Behuizing
Deze bescherminrichting beschermt tegen letsel door contact met het
roterende snijgereedschap.
Het apparaat mag niet met beschadigde behuizing worden gebruikt.
Er op letten, dat handen en voeten niet onder de behuizing komen.
– Afdekkingen van de riemaandrijving (3), motorafdekkingen (8)
Deze bescherminrichtingen beschermen tegen letsel door bewegende
onderdelen.
Het apparaat mag niet met beschadigde c.q. zonder op de
voorgeschreven wijze bevestigde afdekkingen worden gebruikt.
– Veiligheidsrooster voor de uitlaat (11)
De motor/uitlaat wordt zeer heet. Het veiligheidsrooster beschermt
tegen verbrandingen.
Het apparaat niet zonder veiligheidsrooster voor de uitlaat gebruiken.
De bescherminrichtingen mogen niet veranderd worden.
•
Wijzig de basisafstelling van de motor niet en gebruik de motor niet met
een te hoog toerental.
Let er bij het in bedrijf nemen op dat uw voeten op een veilige afstand
van het snijgereedschap staan.
Bij het starten van de motor mag de machine niet omhoog worden
gekanteld. Indien nodig moet de machine, door de duwstang omlaag
te duwen, zo schuin worden gezet dat het snijgereedschap in de van
de gebruiker afgewende richting wijst, maar niet verder dan absoluut
noodzakelijk is. Voordat het apparaat weer op de grond staat, moeten
beide handen zich aan het bovenste gedeelte van de duwstang bevinden.
Houd handen en voeten altijd uit de buurt van draaiende onderdelen.
Zorg ervoor dat handen en voeten niet onder de behuizing komen.
Zet de motor af door de beugel voor de motorstop los te laten, trek
de bougie eraf, en vergewis u ervan dat alle bewogen delen volkomen
stilstaan en de contactsleutel, indien voorhanden, is uitgetrokken:
– als de machine wordt verlaten;
– voordat u de machine controleert, reinigt of werkzaamheden
eraan uitvoert;
– voordat u blokkeringen losmaakt of verstoppingen in het
uitwerpkanaal elimineert;
– als er een vreemd voorwerp werd geraakt;
– als de machine ongewoon begint te trillen.
•
Wanneer er een vreemd voorwerp werd getroffen en als de machine
blokkeert, bijv. als u tegen een hard voorwerp rijdt, moet u een vakhandelaar
laten controleren of er onderdelen van het apparaat beschadigd of vervormd
zijn. Ook de mogelijk noodzakelijke reparaties steeds door een geautoriseerde
vakwerkplaats laten uitvoeren.
•
Als de machine ongewoon sterk begint te trillen of abnormale geluiden begint
te maken, dan is een onmiddellijke controle door een geautoriseerde
vakwerkplaats vereist.
Hoge trillingen op uw handen kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid.
Neem als er sterke trillingen optreden, meteen contact op met een
geautoriseerde vakwerkplaats.
•
WAARSCHUWING
De in deze gebruiksaanwijzing vermelde geluids- en trillingsniveaus zijn de
maximum waarden voor het gebruik van de machine.
Het gebruik van een snijgereedschap in onbalans, overmatige bewegingssnelheid
of gebrekkig onderhoud zijn van aanzienlijke invloed op geluidsemissie en
trillingen. Daarom is het noodzakelijk om voorzorgsmaatregelen te treffen, zodat
eventuele schade als gevolg van hoge geluidsniveaus en belasting door trilling
wordt vermeden.
Onderhoud de machine goed, draag een gehoorbescherming, en neem pauzes
tijdens het werk.
De in deze gebruiksaanwijzing opgesomde onderhoudswerkzaamheden uitvoeren
en het apparaat regelmatig door een geautoriseerde werkplaats laten controleren
en onderhouden.
Zet de motor af door de beugel voor de motorstop los te laten, en vergewis
u ervan dat alle bewogen delen volkomen stilstaan,
– als u de verticuteerder moet optillen of kantelen, bijv. voor het
transport;
– als u de machine naar het verticuteervlak toe en weer weg
transporteert;
– bij het rijden buiten het gazon;
– als u de machine korte tijd verlaat;
– als u de verticuteerdiepte wilt instellen;
– voordat u bijtankt. Alleen bijtanken bij koude motor!
•
Indien de motor een benzinekraan bezit, dient deze na het verticuteren dicht
te worden gedraaid.
Onderhoud en opslag
•
Onvoldoende onderhoud van uw apparaat leidt tot veiligheidsrelevante gebreken!
•
Zorg ervoor dat alle schroefverbindingen goed zijn vastgeschroefd en dat
het apparaat in een veilige arbeidstoestand is.
Bewaar de machine nooit met benzine in de tank in een gesloten ruimte
waarin eventueel benzinedampen met open vuur of vonken in contact
kunnen komen of kunnen ontvlammen.
Uitlaat en motor bereiken tijdens het gebruik zeer hoge temperaturen.
Voor onderhouds- en reinigingswerkzaamheden de machine tenminste
15 minuten laten afkoelen.
•
Houd, om brandgevaar te vermijden, de motor, uitlaat en brandstoftank vrij van
gras, bladeren en lekkende olie (vet).
Bij het omhoog kantelen of op de zijkant leggen erop letten dat er geen olie of
benzine uitloopt. Brandgevaar!
Laat de motor afkoelen voordat u de machine in een afgesloten ruimte wegzet.
De machine in geen geval in de nabijheid van open vuur of warmtebronnen zoals
boilers of verwarmingen wegzetten.
Controleer elke keer voordat u gaat verticuteren de toestand en de goede
bevestiging van de messenas. Versleten of beschadigde messen moeten
absoluut worden vervangen. Het vervangen van de messen resp.
werkzaamheden aan de messenas altijd door een vakwerkplaats laten
uitvoeren. Door een verkeerd gemonteerde messenas kunnen delen
loskomen, hetgeen tot ernstige verwondingen kan leiden.
•
Vervang om veiligheidsredenen versleten of beschadigde onderdelen.
Draag bij onderhouds- en reinigingswerkzaamheden altijd
veiligheidshandschoenen.
•
Bij de omgang met bedrijfsmiddelen, zoals motorolie en brandstof,
moeten geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen (bijv. geschikte
veiligheidshandschoenen) worden gedragen.
De gegevensbladen van de bedrijfsmiddelen moeten in acht worden genomen.
Onderhouds- en reinigingswerkzaamheden mogen alleen worden
uitgevoerd op vlakke ondergronden bij uitgeschakelde motor en
verwijderde bougiestekker. Een regelmatig onderhoud is onontbeerlijk
voor de veiligheid en het behoud van het prestatievermogen.
•
Bougie nooit bij lopende motor eraf trekken! Gevaar: elektrische schok.
•
Bougie alleen bij afgekoelde motor eraf trekken. Verbrandingsgevaar!
Summary of Contents for 45-220
Page 2: ...E1 X3 C1 L1 Y1 S2 D E Q2 F Y2 V2...
Page 3: ...T2 Z2 M N A1 N4 W Y W1 W2...
Page 4: ......
Page 74: ......
Page 75: ......