58
a. Instellen van het tijdstip voor het radioalarm.
1. Het radioalarm kan ingesteld worden zowel wanneer de radio
aan- als uitstaat.
2. Druk de radioalarm knop in en laat los. Op de display verschijnen
het radioalarm symbool en de frequentie waarop het laatst
werd afgestemd.
3. Druk de knop langer dan twee seconden in, waarop een
pieptoon zal weerklinken.
4. Op de display zullen de cijfers voor het uur gaan knipperen.
Gebruik de beide afstemtoetsen om het gewenste uur te
selecteren. Druk nogmaals op de knop om deze
uurinstelling te bevestigen.
5. Doorloop dezelfde stappen als die van uurinstelling, om de
minuten in te stellen. Druk nogmaals de knop in om het
instellen van de tijdstip voor het alarm te voltooien.
6. Op de display zal de radiofrequentie gaan knipperen waarop het
laatst werd afgestemd. Selecteer met behulp van beide
afstemtoetsen de gewenste zender voor het alarm, of druk
hiervoor eenvoudigweg een nummer van de voorprogrammaties
in.
7. Druk nogmaals de knop in om het instellen van het
radioalarm te voltooien.
8. Om het radioalarm uit te schakelen, drukt u gedurende twee
seconden lang de radioalarm knop in. Het radioalarm symbool
zal verdwijnen uit de display, waarna een pieptoon zal
weerklinken.
Noot:
Indien u geen nieuwe zender selecteert voor het radioalarm,
zal de laatstgebruikte alarmzender gekozen worden.
NL