14
Na het apparaat te hebben
geïnstalleerd, moet de stroomka-
bel toegankelijk zijn.
Als de stroomkabel bescha-
digd is, moet het door de fa-
brikant worden vervangen,
door zijn gekwalificeerde
technicus met het doel ge-
vaar te vermijden
worpen zijn volgens de VDE 0100. Het
is aan te bevelen in geen geval ver-
lengsnoeren of contactdozen, enz. te
gebruiken om het over verwarmen te
vermijden die brandgevaar kunnen
veroorzaken. De fabrikant is niet aan-
sprakelijk voor schade als gevolg van
het niet gebruiken of het verkeerd
gebruiken van een beschermd stop-
contact.
Om de veiligheid te vergroten, raadt
de VDE in de richtlijn DIN VDE 0100 in
sectie 739 aan een zekering (RCD) te
installeren met de afschakelstroom
van 30 mA (DIN VDE 0664).
Indien een differentiële zekering
wordt gebruikt, moet het een type
A zijn, overeenkomstig de DIN VDE
0664 en de huidige gevoelige knop-
pen.
Het typeplaatje geeft informatie over
de nominale stroom absorptiemat en
de betreffende bescherming. Verge-
lijk deze gegevens met de stroom-
toevoer.
Figuur 8
Figuur 8b