76
Ingebruikname
Vergewis u ervan, dat de machine volledig en volgens de
voorschriften is gemonteerd. Controleer voor elk gebruik:
• de aansluitleidingen op defecte plaatsen (scheuren,
sneden e.d.),
• de machine op eventuele beschadigingen,
• of alle schroeven vast zijn aangedraaid,
• de hydraulica op lekplaatsen en
• het oliepeil.
Ontluchten, afb. 8
Ontlucht de hydraulische installatie voordat u de splijter
in gebruik neemt.
• Draai de ontluchtingsdop A enkele keren rond, opdat
lucht uit de olietank kan ontsnappen.
• Laat de dop open tijdens het gebruik.
• Sluit de dop weer voordat u de splijter gaat gebruiken,
omdat er anders olie kan gaan lekken.
Wanneer de hydraulische installatie niet wordt ontlucht,
beschadigt de ingesloten lucht de afdichtingen en hier-
door tevens de splijter!
Aan-/Uitschakelen, afb. 9
Druk op de groene knop voor aanschakelen.
Druk op de rode knop voor uitschakelen.
Aanwijzing: controleer voor elk gebruik het functioneren
van de aan-/uitschakeleenheid door eenmalig aan- en
uitschakelen.
Beveiliging bij opnieuw starten bij stroomonderbreking
(offsetspannings-schakelaar)
Bij stroomuitval, onbedoeld trekken van de stekker of de-
fecte beveiliging, schakelt het apparaat automatisch uit.
Druk om het opnieuw aan te schakelen op de groene knop
aan de schakeleenheid.
Beëindiging van werkzaamheden
• Verplaats de splijtmeter naar de onderste stand.
• Laat een bedieningsarm los.
• Zet het apparaat uit en trek de netstekker uit het stop-
contact.
• Sluit de ontluchtingsplug.
• Houd rekening met de algemene onderhoudsaanwijzin-
gen.
m
Elektrischer aansluiting
Controleer elektrische aansluitleidingen regelmatig op
schade. Let erop dat de aansluitleiding tijdens de controle
niet op het stroomnet aangesloten is.
Elektrische aansluitleidingen moeten voldoen aan de des-
betreffende VDE- en DIN-bepalingen. Gebruik alleen aan-
sluitleidingen met aanduiding H 07 RN.
Op de aansluitleiding moet een opdruk van de typeaan-
duiding staan.
A
Fig. 8
A
B
Fig. 9