NL -
9
De bedieningsknop van de oven
gebruiken
Ovenfuncties
* De beschikbare functies van de oven
zijn afhankelijk van het model van uw
product.
Ovenlicht:
Het ovenlicht gaat in alle kookfuncties
aan en blijft branden.
Ontdooifunctie:
De controlelampjes van de oven zullen
aangaan; de ventilator gaat functioneren.
Om de ontdooifunctie te gebruiken,
plaats je het bevroren etenswaren in
de oven op een bakplaat in de derde
sleuf van onderen. Het wordt aanbe
-
volen een lekbak onder de ontdooien
-
de etenswaren te zetten, om het water
van het smeltende ijs op te vangen. Met
deze functie kunt u geen etenswaren
koken of bakken; deze dient alleen om
de etenswaren te ontdooien.
Turbofunctie
De thermostaat en de controlelamp
-
jes van de oven zullen aangaan; het
ringvormige verwarmingselement en
de ventilator gaan functioneren.
De turbofunctie verdeelt de hitte
evenredig in de oven. Alle etenswaren
op alle rekken woorden gelijkmatig
gekookt. Wij adviseren om de oven on
-
geveer 10 minuten voor te verwarmen.
ALGEMENE WAARSCHUWIN
-
GEN EN VOORZORGSMAATRE
-
GELEN
Uw apparaat is vervaardigd conform
de relevante veiligheidsinstructies voor
elektrische apparaten. Onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden mogen alleen
worden uitgevoerd door bevoegde on
-
derhoudstechnici die zijn getraind door
de fabrikant. Installatie- en reparatiewerk
dat wordt uitgevoerd zonder de regels in
acht te nemen kan gevaarlijk zijn.
Tijdens het gebruik van uw apparaat
worden de buitenoppervlakken heet.
De elementen die het binnenoppervlak
van de oven verwarmen en de stoom
die uit de oven kan komen, zijn extreem
heet. Deze delen van het apparaat blij
-
ven gedurende een bepaalde tijd heet,
zelfs als het apparaat uitgeschakeld is.
Raak de hete oppervlakken nooit aan.
Houd kinderen op afstand.
Om eten te bereiden in uw oven, dienen
de ovenfunctie en temperatuurinstellin
-
gen aangepast te worden en de oventi
-
mer dient geprogrammeerd te worden.
Anders functioneert de oven niet.
Plaats niets op de ovendeur als deze
geopend is. U kunt de balans van het
apparaat verstoren of de deur kapot
maken.
Trek de stekker uit het stopcontact als
het apparaat niet in gebruik is.
Bescherm uw apparaat tegen atmosfe
-
rische effecten. Stel het niet bloot aan
de uitwerking van zon, regen, sneeuw,
stof, etc.