49
6.) De valbeveiligingsinrichting gebruiken
6.1) Neem de gebruikstemperaturen in acht (-30 °C tot +45 °C)
6.2) Onder extreme omstandigheden: Dit kunnen klimatologische
omstandigheden, invloeden van chemicaliën of mechanische
invloeden, bijv. scherpe randen, olie, ijs etc. zijn) wordt daarom het
gebruik van het valbeveiligingssysteem afgeraden.
6.3) Controleer de staalkabel en ladderbevestigingen voor/tijdens het
klimmen visueel op volledigheid en schade.
6.4) De lijntussenhouders moeten vast met de sporten zijn verbonden
en mogen de lijn niet knikken. Zowel bij het klimmen en afdalen moet
de loper steeds onder het bevestigingspunt op de gordel worden
gevoerd (“slepen”) om de loper ontgrendeld te houden (sleepprocedure
Afbeelding 7). Klim en daal gelijkmatig en rustig en geleid de lopers
mee. Laat de hand daarbij echter niet op de valdemper/karabijnhaak
of loper rusten! De lopers mogen niet gebruikt worden voor de
positionering op de werkplek. Hiervoor dienen aparte PBM-systemen
(bijv. EN 358 en EN 354/355) gebruikt te worden. Voor het verwijderen
van de loper moet de gebruiker zich naar een veilige plek (bijvoorbeeld
een platform) begeven. Op plaatsen met valgevaar moet de gebruiker
zich met een valdemper (bijv. EN 354/355) aan een geschikt
aanslagpunt zekeren. Wanneer er meerdere personen gebruikmaken
van het valbeveiligingssystemen, mogen er maximaal 3 personen
tegelijkertijd in het systeem zijn gezekerd en dient de minimale
afstand van 5 m in acht te worden genomen. Tijdens de eerste
geklommen meter (<3 m vanaf het sta-oppervlak) dient u extra
voorzichtig te zijn, aangezien de bescherming tegen vallen niet
gegarandeerd is. De vrije ruimte onder de gebruiker moet >3 m
bedragen! Tevens dient bij werkzaamheden boven bouwwerken te
allen tijde voor voldoende vrije ruimte onder de voeten van de
gebruiker gezorgd te worden. Het systeem dient altijd correct en
binnen de aangegeven omstandigheden gebruikt te worden. Het
activeren van de ontgrendelingsfunctie van de loper resp. het
hanteren van de loper tijdens het klimmen of dalen kan de veilige
werking van het remmechanisme hinderen en is daarom niet
toegestaan. Voorzichtig, levensgevaar! Er mogen geen voorwerpen
zoals bijvoorbeeld gereedschapstassen onder de loper voor het
lichaam hangen.
7.) Onderhoud
• Goed onderhouden beschermingsuitrustingen en veiligheids-
inrichtingen gaan langer mee!
• Verwijder de lopers van de valbeveiligingsinrichting als u deze niet
gebruikt.
Summary of Contents for CL-002
Page 95: ...95 Notes ...