89
Opmerking
De instellingen voor het energiebeheer moe-
ten in het submenu energiebeheer gemaakt
worden.
Modus
1. SET
indrukken om het punt op te roepen.
2.
indrukken om energiemeters te markeren
of PowerStorage te activeren.
3. SET
indrukken.
4. ESC
indrukken om naar een hoger niveau in
het energiebeheer te gaan.
Dynamische voedingsregeling
Opmerking
Het in het net ingestelde vermogen wordt in
intervallen van 10 W ingesteld.
Dit kan op minimaal 0 W begrensd worden.
Konfiguration energiemeters
Opmerking
De omvormer kan enkel met energiemeters
werken die al voorgeprogrammeerd zijn
in de omvormer. Onder Metertype worden
de voorgeprogrammeerde energiemeters
weergegeven.
1. SET
indrukken om het punt op te roepen.
2.
indrukken, om een metertype te
markeren.
3. SET
indrukken.
4. ESC
indrukken, om het submenu te verlaten.
Opmerking:
De verbinding met de energiemeter kan met
een verbindingstest gecontroleerd worden.
5.4.12 Registratie en instellen van PowerMonitoring
De monitoring kan na het voltooien van de inbedrijfstelling geregistreerd en
ingesteld worden.
Volg de link die op de sticker aan de voorkant van de behuizing staat. Volg de
registratie totdat deze voltooid is. Meer informatie over de registratie kunt u even-
tueel via deze link vinden.
5.4.13 Omvormer demonteren
Gevaar
Levensgevaar door stroomstoten!
Alleen vaklieden mogen de in de paragraaf
Omvormer demonteren
beschreven
maatregelen uitvoeren.
Volg de veiligheidsinstructies in paragraaf 5.4.1.
AC en DC uitschakelen
1. AC-leidingbeveiligingsschakelaar uitschakelen.
2. DC-lastscheidingsschakelaar op omvormer in de stand
0 zetten (Afbeelding 29).
Afbeelding 29
Karakteristiek weergeven
1. De eerder ingestelde blindvermogenkarakteris-
tiek wordt grafisch weergegeven (voorbeeld in
afb. links).
2. ESC
indrukken. De checklist wordt weerge-
geven.
Afsluiten
√ In de checklist is
Afsluiten
gemarkeerd
en
SET
ingedrukt.
Een van de 2 dialogen verschijnt.
1. Ga afhankelijk van de dialoog als volgt te werk.
• Dialoog
De instellingen zijn onvolledig
:
SET
indrukken en de open punten in de checklist
bewerken.
• Dialoog
Zijn alle instellingen correct?
ESC
indrukken, om instellingen te corrigeren of
SET
lang indrukken (> 1 s), om de eerste
inbedrijfstelling af te sluiten.
2. Wanneer lang op
SET
wordt gedrukt, start
de omvormer opnieuw en synchroniseert
deze zich met het net (afb. links).
5.4.10 DC inschakelen
DC-lastscheidingsschakelaar op de omvormer in
de stand I zetten (Afbeelding 28). Na een controle door
de interne ENS (ca. 2 minuten) kan op het display de
gevoede leiding worden weergegeven (mits er direct
zonlicht is).
Afbeelding 28
5.4.11 Energiebeheer of PowerStorage
Bovendien is het mogelijk een energiemeter voor het energiebeheer te gebrui-
ken. Deze moet aan de Modbus RTU-interface aangesloten worden en aan de
volgende voorwaarden voldoen:
De omvormer communiceert via Modbus RTU met de energiemeter. Hierbij geldt:
• Er kunnen enkel energiemeters gebruikt worden. die voorgeprogrammeerd
zijn in de omvormer.
• De voorgeprogrammeerde meters zijn:
• Herholdt ECS3. Artikelnummer: ECSEM72
• Janitza ECS3. Artikelnummer: ECSEM68MID
• B+G SDM630. Artikelnummer: 1141103
• Carlo Gavazzi EM24. Artikelnummer: EM24-DIN.AV9.3.X.IS.X
• De energiemeter moet de netontvangst in positieve richting meten. Neem
daarvoor de handleiding van de fabrikant in acht.
Alternatief kan in dit menupunt bij het gebruiken van een Solar Frontier batterij-
systeem ook de functie PowerStorage geactiveerd worden. Raadpleeg voor details
het PowerStorage-handboek.