12
4
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instellen is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
De volgende items kunnen worden ingesteld:
Overige functies
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB
U kunt de balans, de fader en het
subwoofervolume regelen.
1
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BAL", "FAD" of "SUB" wordt
weergegeven.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
LOW
*
1
t
MID
*
1
t
HI
*
1
t
BAL
(links-rechts)
t
FAD
(voor-achter)
t
SUB
(subwoofervolume)*
2
t
AUX
*
3
*1
Als EQ3 is ingeschakeld (pagina 12).
*2
Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB"
(pagina 13).
"ATT" wordt weergegeven bij de laagste
instelling en u kunt deze instelling maximaal
21 stappen aanpassen.
*3
Als AUX-bron is ingeschakeld (pagina 14).
2
Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Na 5 seconden is het instellen voltooid en
keert het scherm terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
De equalizercurve aanpassen
— EQ3
Met "CUSTOM" bij EQ3 kunt u zelf
equalizerinstellingen opgeven.
1
Selecteer een bron en druk
herhaaldelijk op
(EQ3)
om "CUSTOM"
te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "LOW", "MID" of "HI" wordt
weergegeven.
3
Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Het volume kan worden aangepast in stappen
van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB.
Herhaal stap 2 en 3 om de equalizercurve aan
te passen.
Als u de fabrieksinstelling voor de
equalizercurve wilt herstellen, houdt u de
selectietoets ingedrukt voordat het instellen is
voltooid.
S.LED
(beveiligings-LED)
De knipperende LED van de beveiligingsstand
activeren: "ON", "OFF".
S.TIME
(starttijd van beveiligingsalarm)
De tijd selecteren tussen het verwijderen van het
voorpaneel en het activeren van de
beveiligingsstand: "15S" (seconden), "1M"
(minuut), "3M" (minuten).
S.SENS
(gevoeligheid voor beveiligingsalarm)
De gevoeligheid voor het waarnemen van
trillingen selecteren: "LOW", "MID", "HI".