154
2.5 Workout mode
Kies uit 12 verschillende intensiteitspatronen, die elk uit 16 segmenten bestaan. Stel de trainingsduur in
en begin je individuele training.
De work-outmodus selecteren
• Zorg ervoor dat het hoofdmenu wordt getoond. Druk eventueel op de 'Home'-toets.
• Draai aan de controleregelaar tot de modus 'Workout' is gemarkeerd. Druk dan op de controleregelaar om
dit te selecteren.
• Er verschijnt een menuvenster met een overzicht van de 12 trainingsprogramma's (in twee ondergeschikte
vensters). Het intensiteitspatroon van elk programma wordt als een klein oranje staafdiagram getoond in de
miniaturen:
• Draai aan de controleregelaar tot het gewenste work-outprogramma is gemarkeerd. Druk op de controleregelaar
om dit te selecteren.
Duur instellen/training uitvoeren
• Er verschijnt een menuvenster met balkweergave en numerieke weergave voor de tijdsinstelling.
• Draai aan de controleregelaar om de duur van je training in te stellen. De huidige tijdwaarde wordt boven de
controlebalk getoond. Als de gewenste tijd wordt getoond, druk je op de controleregelaar om die in te stellen.
Dit bepaalt automatisch de duur van elk segment. Alle 16 segmenten worden met dezelfde tijd ingesteld.
(Voorbeeld: ingestelde tijd = 30 minuten = 1800 seconden. Segmentduur = 1800 s / 16 = 113 s).
• Druk op de START-toets en begin je training.
• Als de tijd is verstreken, wordt de intensiteit opnieuw teruggezet.
Je bent klaar met je training.