55
– leiden tot vaatspasmen
▪
Wanneer PressureWire wordt ingevoerd, dient de katheter te worden gespoeld en anticoagu-
latie te worden toegediend zoals bij een standaardkatheterisatieprocedure; anders kunnen
stolsels optreden.
▪
Gebruik PressureWire niet in de ventrikels als de patiënt een mechanische of biologische
hartklepprothese heeft. Dit kan leiden tot beschadiging van zowel de prothese als
PressureWire, hetgeen letsel of overlijden tot gevolg kan hebben.
▪
Gebruik van PressureWire in combinatie met interventionele hulpmiddelen met een korte mo-
norail kan ertoe leiden dat PressureWire buigt of breekt.
▪
Een hoogfrequent chirurgisch hulpmiddel mag niet gelijktijdig met PressureWire op de patiënt
worden gebruikt.
Voorzorgsmaatregelen
▪
PressureWire is een kwetsbaar instrument en dient voorzichtig te worden behandeld.
▪
Zorg ervoor dat de zender droog blijft voor accurate druk- en/of temperatuurwaarden. On-
nauwkeurige waarden kunnen vervanging van het hulpmiddel noodzakelijk maken.
▪
Gebruik PressureWire niet in combinatie met atherectomiekatheters. Hierdoor kan
PressureWire worden beschadigd.
▪
PressureWire niet terugtrekken of manipuleren in een object met een scherpe rand. Dit kan
leiden tot schuren van de coating van PressureWire.
▪
De nauwkeurigheid van de diagnostische informatie kan onder andere worden beïnvloed:
– wanneer geen maximale coronaire en myocardiale hyperemie kan worden bereikt.
– door interventionele hulpmiddelen, zoals ballonkatheters, die zo zijn gepositioneerd dat zij
de bloedstroom nadelig beïnvloeden.
▪
De resultaten van PressureWire kunnen worden beïnvloed door defibrillatie. Stel de
PressureWire weer op nul na gebruik bij defibrillatie.
▪
Meet de druk niet wanneer het sensorelement van de PressureWire zich in een scherpe
bocht bevindt of als dit element contact maakt met atriale of ventriculaire wanden. Dit kan lei-
den tot drukartefacten.
▪
Vermijd het gebruik van de PressureWire in combinatie met een andere draad bij de zoge-
noemde "jailed wire"-techniek, omdat er problemen kunnen optreden wanneer de draad
wordt teruggetrokken en deze ingesloten raakt.
Complicaties
Mogelijke complicaties die kunnen optreden tijdens alle katheterisatieprocedures zijn onder an-
dere: dissectie of occlusie van vaten, perforatie, embolus, spasme, lokale en/of systemische infec-
tie, pneumothorax, congestief hartfalen, myocard-infarct, hypotensie, pijn op de borst,
nierfunctiestoornis, ernstige arritmie of overlijden.
Gebruiksaanwijzing
Gebruik PressureWire in combinatie met een 6F geleidekatheter (2 mm diameter). Zie de ge-
bruiksaanwijzing bij alle interventionele hulpmiddelen voor gebruik samen met PressureWire voor
meer informatie over het bedoelde gebruik, contra-indicaties of mogelijke bijwerkingen. Houd er re-
kening mee dat de werking van PressureWire minder kan worden als PressureWire wordt gebruikt
in combinatie met niet-gecoate diagnostische katheters.
ATTENTIE:
Als de PressureWire komt vast te zitten of wordt beschadigd tijdens de procedure,
moet de zender onmiddellijk worden ontkoppeld en de beschadigde PressureWire, inclusief de
zender, worden vervangen door een nieuwe. Beschadiging omvat onder andere knikken, bochten,
afgesneden polymeercoating, geen druksignaal of onnauwkeurig druksignaal. Onjuist gebruik kan
leiden tot beschadiging van bloedvaten/ventrikels, opwekking van hartritmestoornissen, elektri-
sche schok, afgifte van onjuiste druksignalen of verminderde bestuurbaarheid.
Summary of Contents for PressureWire Aeris
Page 2: ...51395139A 4 ...
Page 4: ......
Page 28: ...28 Mettez l émetteur Aeris sous tension ...
Page 143: ...143 Ligar o transmissor Aeris ...
Page 178: ...178 Увімкніть передавач Aeris ...
Page 179: ......
Page 180: ......
Page 181: ......
Page 182: ......
Page 183: ......
Page 184: ......
Page 185: ......
Page 186: ......
Page 187: ......
Page 188: ......
Page 189: ......
Page 190: ......
Page 191: ......