5
7
6
8
0000-GXX-3115-A1
► Het zaagblad en de zaagketting zo op de ket‐
tingzaag plaatsen dat aan de volgende voor‐
waarden wordt voldaan:
–
De aandrijfschakels van de zaagketting val‐
len in de tanden van het kettingtandwiel (5).
–
De kop van de bout (6) valt in het sleufgat
van het zaagblad (8).
–
De pen van de spanschuif (4) valt in het
boorgat (7) van het zaagblad (8).
De oriëntering (plaatsing) van het zaagblad (8)
speelt geen rol. De opdruk op het zaagblad (8)
kan ook ondersteboven staan.
► Kettingrem lossen.
3
0000-GXX-3202-A1
► Spanbout (3) zolang rechtsom draaien, tot de
zaagketting aansluit op het zaagblad. Hierbij
de aandrijfschakels van de zaagketting in de
groef van het zaagblad leiden.
Het zaagblad (8) en de zaagketting liggen
tegen de kettingzaag.
► Kettingtandwieldeksel (1) zo op de kettingzaag
plaatsen, dat deze gelijkligt met de ketting‐
zaag.
► Moer (2) aanbrengen en vastdraaien.
8.1.2
Zaagblad en zaagketting uitbouwen
► Kettingzaag uitschakelen, kettingrem inscha‐
kelen en accu eruit nemen.
► Moer losdraaien.
► Kettingtandwieldeksel wegnemen.
► Spanbout tot aan de aanslag linksom draaien.
De zaagketting is ontspannen.
► Zaagblad en zaagketting wegnemen.
8.2
Zaagketting spannen
Tijdens het gebruik rekt de zaagketting uit of
trekt samen. De spanning van de zaagketting
verandert. Tijdens de werkzaamheden moet de
zaagkettingspanning regelmatig worden gecon‐
troleerd en moet deze zo nodig worden nage‐
spannen.
► Motorzaag uitschakelen, kettingrem inschake‐
len en accu eruit nemen.
a
1
2
0000-GXX-3203-A2
► Moer (2) losdraaien.
► Kettingrem lossen.
► Zaagblad bij de neus optillen en de span‐
schroef (1) zo lang rechtsom of linksom
draaien, tot aan de volgende voorwaarden is
voldaan:
–
De afstand a in het midden van het zaag‐
blad bedraagt 1 mm tot 2 mm.
–
De zaagketting kan nog met twee vingers
en met geringe krachtsinspanning over het
zaagblad worden getrokken.
► Zaagblad bij de punt blijven optillen en moer
(2) vastdraaien.
► Als de afstand a in het midden van het zaag‐
blad niet 1 mm tot 2 mm bedraagt: zaagketting
opnieuw spannen.
8.3
Zaagkettingolie bijvullen
De zaagkettingolie zorgt voor de smering en de
koeling van de ronddraaiende zaagketting.
STIHL adviseert STIHL zaagkettingolie of een
andere voor kettingzagen vrijgegeven zaagket‐
tingolie te gebruiken.
► Motorzaag uitschakelen, kettingrem inschake‐
len en accu eruit nemen.
► Motorzaag zo op een vlakke ondergrond plaat‐
sen dat de olietankdop naar boven is gericht.
► Het gebied rondom de olietankdop schoonma‐
ken met een vochtige doek.
0000-GXX-2930-A0
8 Motorzaag completeren
Nederlands
0458-007-9621-B
127