► Als de zaagketting na ca. 1 seconde nog
draait: de kettingrem inschakelen, de accu
eruit nemen en contact opnemen met een
STIHL dealer.
De kettingzaag is defect.
12 Kettingzaag en accu con‐
troleren
12.1
Kettingtandwiel controleren
► Kettingzaag uitschakelen, kettingrem inscha‐
kelen en accu eruit nemen.
► Kettingrem lossen.
► Kettingtandwieldeksel uitbouwen.
► Zaagblad en zaagketting uitbouwen.
a
0000-GXX-1216-A0
► Inloopsporen op het kettingtandwiel controle‐
ren met behulp van een STIHL kaliber.
► Als de inloopsporen dieper zijn dan
a = 0,5 mm: de kettingzaag niet gebruiken en
contact opnemen met een STIHL dealer.
Het kettingtandwiel moet worden vervangen.
12.2
Zaagblad controleren
► Kettingzaag uitschakelen, kettingrem inscha‐
kelen en accu eruit nemen.
► Zaagketting en zaagblad uitbouwen.
0000-GXX-1217-A0
► De groefdiepte van het zaagblad meten met
behulp van het meetkaliber van het STIHL vij‐
lkaliber.
► Zaagblad vervangen, als aan een van de vol‐
gende voorwaarden wordt voldaan:
–
Het zaagblad is beschadigd.
–
De gemeten groefdiepte is kleiner dan de
minimale groefdiepte van het zaagblad,
–
De groef van het zaagblad is versmald of
verbreed.
► Als één en ander niet duidelijk is: verzoeken
wij u contact op te nemen met een STIHL dea‐
ler.
12.3
Zaagketting controleren
► Kettingzaag uitschakelen, kettingrem inscha‐
kelen en accu eruit nemen.
1
0000-GXX-1218-A0
2
► De hoogte van de dieptebegrenzer (1) meten
met behulp van het STIHL vijlkaliber (2). Het
STIHL vijlkaliber moet passen bij de steek van
de zaagketting.
► Als een dieptebegrenzer (1) boven het vijlkali‐
ber (2) uitsteekt: dieptebegrenzer (1) afvijlen,
0000-GXX-1372-A0
1
2
3
4
► Controleren of de slijtagemarkeringen (1 tot 4)
op de zaagtanden zichtbaar zijn.
► Als één van de slijtagemarkeringen op een
zaagtand niet zichtbaar is: de zaagketting niet
gebruiken en contact opnemen met een
STIHL dealer.
► Met behulp van een STIHL vijlkaliber controle‐
ren of de aanscherphoek van de zaagtanden
van 30° is aangehouden. Het STIHL vijlkaliber
moet passen bij de steek van de zaagketting.
► Als de aanscherphoek van 30° niet werd aan‐
gehouden: de zaagketting aanscherpen/slij‐
pen.
► Als één en ander niet duidelijk is: verzoeken
wij u contact op te nemen met een STIHL dea‐
ler.
12.4
Kettingrem controleren
► Kettingzaag inschakelen.
Nederlands
12 Kettingzaag en accu controleren
130
0458-007-9621-B