NEDERLANDS
78
Krypton F
Rev.1.0
6.8 Wielaanpassing
Het toepassen van wielaanpassing
OPMERKING
: Om de best mogelijke beweging te krijgen, moeten
de achterwielen ingesteld worden op hun optimale positie. Daarom
dienen de wielen correct uitgelijnd te zijn. Hiertoe meet u de afstand
tussen de beide voorwielen en achterwielen om te verzekeren dat
ze parallel aan elkaar staan. Het verschil tussen beide metingen
mag niet meer 5 mm bedragen. De evenwijdige instelling kan
worden aangepast door de schroeven (1) los te draaien en de
as-adaptor (3) te draaien.
Als u klaar bent, moet u controleren of alle schroeven stevig
aangedraaid zijn, (Fig. 6.8.1 tot Fig. 6.8.2). Draai de
inbusschroeven weer aan met een draaikracht van 8Nm.
WAARSCHUWING!
Voorzichtig! Wanneer u de instelling van het zwaartekrachtpunt
verandert, ontstaat het risico dat de rolstoel kantelt.
Breedte wielbasis instellen
De basis van de achterwielen wordt gedefinieerd als de afstand
tussen de bovenzijde van de achterwielen en de stangen van de
rugleuning en is af fabriek 125 mm. Deze afstand moet worden
vergroot als er meer ruimte gecreëerd moet worden tussen de
banden en de optionele, in hoogte verstelbare armleuningen.
Om de wielbasis van het achterwiel aan te passen:
• Schuif de camber-adapter (3) telescopisch in of uit de as-adapter
(2).
• Draai de inbusschroef (1) op de achterzijde van de as-adapter
los.
• Schuif de as-adaptor (3) in of uit, totdat de gewenste wielbasis is
bereikt.
• Om de inbusschroef (1) weer vast te draaien, doet u het volgende:
a) Draai beide inbusschroeven aan met 5 Nm draaikracht.
b) Draai beide inbusschroeven nogmaals aan met 8 Nm
draaikracht.
• Herhaal de procedure aan de rechterzijde van de rolstoel en stel
dezelfde ruimte in aan de linkerzijde (Fig. 6.8.1 tot 6.8.2).
OPGELET!
• Wanneer de achterwielbasis wordt aangepast, pas dan eerst één
wiel en daarna het tweede aan.
• Als de camber-adapter is verplaatst of gedraaid bij het aanpassen
van de zithoogte, moet de wieluitlijning worden gecontroleerd en
eventueel worden aangepast (zie hoofdstuk 'Wieluitlijning').
• Wanneer u de inbusschroeven (1) op de as-adapter vervangt,
MOET u Loctite™ 243 gebruiken om de schroefdraad te borgen.
Fig. 37
Fig. 6.8.2
1
3
2
Fig. 30
Fig. 6.8.1
2