315
NE
D
ER
LA
ND
S
C
Analoge audio-in- en -uitgangen
(AUX IN/LINE OUT)
Dit zijn ingangen en uitgangen voor analoge
audiosignalen .
Gebruik in de handel verkrijgbare audiokabels om
andere apparatuur op de in- en uitgangen van dit
apparaat aan te sluiten .
Wit (L)
Rood (R)
Wit (L)
Rood (R)
o
Sluit om een cassettedeck, CD-recorder of ander
opnameapparaat te gebruiken de uitgangen
van het apparaat op de AUX IN-ingangen van dit
apparaat aan en de ingangen van het opname-
apparaat op de LINE OUT-aansluitingen van dit
apparaat .
o
Zorg dat de pluggen goed zijn ingestoken .
Bundel deze kabels niet met netsnoeren of luid-
sprekerkabels . Hierdoor kan de audiokwaliteit
verslechteren of kunnen er storingen optreden .
D
Netsnoer
Controleer of het netsnoer in een werkend stop-
contact is gestoken .
V
Zorg dat het netsnoer wordt aangesloten
op een stopcontact dat het juiste voltage
levert. Aansluiten op een stopcontact dat het
verkeerde voltage levert kan brand of elektri-
sche schokken veroorzaken.
Houd de stekker vast als het snoer in het
stopcontact wordt gestoken of eruit wordt
getrokken. Trek nooit met kracht aan het
netsnoer. Trek de stekker uit het stopcontact
als u het apparaat voor langere tijd niet gaat
gebruiken.