NL 6
1.
Het kompas moet waterpas worden gehouden wanneer in gebruik. Een meting nemen terwijl het apparaat
niet horizontaal is (t.o.v. de horizon) kan tot grote meetfouten leiden.
2.
Meet de richting altijd in de open lucht, omdat het zeer gevoelig is voor verstorende, magnetische bronnen
magnetism.
Richting Betekenis Richting Betekenis
Richting Betekenis
Richting Betekenis
N
Noord
NNE
Noord-
noordoost
NE
Noordoost ENE
Oost-
noordoost
E
Oost
ESE
Oost-
zuidoost
SE
zuidoost
SSE
Zuid-
zuidoost
S
Zuid
SSW
Zuid-
zuidwest
SW
zuidwest
WSW
West-
zuidwest
W
West
WNW
West-
noordwest
NW
Noordwest NNW
Noord-
noordwest
(1)
Kompassensor ijken
Het kompas moet worden geijkt vóór gebruik OF nadat de batterij is vervangen.
Houd in Kompasmodus de “COMPASS” toets 3 seconden ingedrukt om de ijkmodus voor de kompassensor te
openen, druk op de “COMPASS” toets om het ijken te starten.
Houd het apparaat waterpas of plaats het op een niet-metalen tafel/bureau, onthoud de richting van het
pijltje op de LCD en draai het kompas langzaam één volledige slag rechtsom.
Wanneer de procedure is voltooid, zal de LCD “OK” weergeven als de ijking is geslaagd of “Fail” als het is
mislukt, zoals hieronder te zien.
(2)
De Declinatiehoek instellen
De hoek tussen het magnetische noorden en het werkelijke noorden wordt de magnetische declinatie genoemd.
De magnetische polen van de aarde variëren met verloop van tijd en verschillen ook per locatie. Zoek naar de
declinatiehoek op een map of via het web en stel vervolgens de declinatie in op dit apparaat om het verschil
tussen magnetisch noorden en werkelijk noorden te corrigeren. Vergeet a.u.b. niet dat als u dit niet instelt,
kunnen de lezingen van het kompas verkeerd zijn.
Houd in Kompasmodus de “COMPASS” toets voor 3 seconden ingedrukt om de ijkmodus voor de