27 І 140
ik dan een aardlekschakelaar.
Het gebruik van
een aardlekschakelaar vermindert het risico van een
elektrische schok.
Veiligheid van personen
a) Wees alert, wees voorzichtig met wat u doet, en
gebruik uw gezond verstand bij het gebruik van
elektrisch gereedschap. Gebruik geen elekt-
risch gereedschap wanneer u moe bent of onder
invloed van drugs, alcohol of medicijnen.
Een
moment van onoplettendheid bij het gebruik van het
gereedschap kan leiden tot ernstig letsel.
b) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen en
altijd een veiligheidsbril.
Het dragen van persoon
-
lijke beschermingsmiddelen, zoals stofmasker, an
-
tislip-veiligheidsschoenen, helm of gehoorbescher
-
ming, afhankelijk van het type en het gebruik van
het elektrische gereedschap, vermindert het risico
van letsel.
c) Vermijd ongewild starten. Zorg ervoor dat het
apparaat is uitgeschakeld voordat u het aansluit
op de voeding en/of accu, oppakt of draagt.
Als
u tijdens het dragen van het apparaat met de vinger
op de schakelaar zit of het elektrisch gereedschap
ingeschakeld aan de netvoeding aansluit, kan dit tot
ongelukken leiden.
d) Verwijder instelgereedschappen of schroefs-
leutels voordat u het elektrisch gereedschap
inschakelt.
Gereedschap of een sleutel in een
draaiend onderdeel van een apparaat kan tot ver-
wondingen leiden.
e) Vermijd een abnormale lichaamshouding. Zorg
voor een veilige stand en houd uzelf te allen tijde
in evenwicht.
Hierdoor kunt u het apparaat beter
controleren tijdens onverwachte situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszitten-
de kleding of sieraden. Houd uw haar, kleding
en handschoenen uit de buurt van bewegende
delen.
Losse kleding, sieraden of lang haar kunnen
verward raken in de bewegende delen.
g) Als stofafzuiging en –opvanginstallaties zijn
geïnstalleerd, zorg er dan voor dat deze zijn aan-
gesloten en juist worden gebruikt.
Het gebruik
van stofopvang kan stof gerelateerde risico‘s ver-
minderen.
Het gebruik en de behandeling van het elektrisch
gereedschap
a) Overbelast het apparaat niet. Gebruik voor uw
werk het daarvoor geschikte elektrische ge-
reedschap.
Met geschikt elektrisch gereedschap
werkt u beter en veiliger in het aangegeven presta
-
tiebereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan
de schakelaar defect is.
Elektrisch gereedschap
dat niet meer in- en uitgeschakeld kan worden, is
gevaarlijk en moet worden gerepareerd.
c) Trek de stekker uit het stopcontact en/of verwi-
jder de accu voordat u het apparaat instelt, toe-
behoren wisselt of het gereedschap weglegt.
De-
ze voorzorgsmaatregel voorkomt onbedoeld starten
van het gereedschap.
d) Berg ongebruikt elektrisch gereedschap op bu-
iten het bereik van kinderen. Laat mensen niet
het elektrisch gereedschap gebruiken die er niet
bekend mee zijn of deze instructies niet hebben
gelezen.
Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk
wanneer ze worden gebruikt door onervaren men-
sen.
e) Onderhoud elektrisch gereedschap met zorg.
Controleer of bewegende delen correct wer-
ken en niet klemmen, of onderdelen gebroken
of beschadigd zijn, waardoor de functie van het
van de mogelijke
gevaren en risico’s mogen het apparaat gebruiken. De
vereiste minimumleeftijd moet worden voldaan.
Als aanvulling op de veiligheidsvoorschriften in deze
handleiding en de speciale voorschriften van uw land,
moeten ook de algemeen erkende technische regels
voor het gebruik van houtverwerkende apparaten in acht
genomen worden.
In deze handleiding hebben wij de onderdelen die te
maken hebben met uw veiligheid met het volgende
symbool aangeduid:
m
Algemene veiligheidsadviezen voor
elektrisch gereedschap
Waarschuwing! Lees alle veiligheidsadviezen en
aanwijzingen!
Niet inhouden van de waarschuwin
-
gen en instructies kan leiden tot elektrische schokken,
brand en/of ernstig letsel!
Bewaar alle veiligheidsadviezen en aanwijzingen
voor de toekomst.
De in de veiligheidsadviezen gebruikte term „elektrisch
gereedschap“ verwijst naar uw elektrisch gereedschap
(met netsnoer)dat via het lichtnet wordt aangedreven
en elektrisch accugereedschap (zonder netsnoer).
Werkplaatszekerheid
a) Houd de werkplaats schoon en goed verlicht.
Rommelige en slecht verlichte werkplaatsen kunnen
tot ongelukken leiden.
b) Werk met het elektrische gereedschap niet in
een explosiegevaarlijke omgeving, waarin zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stof bevindt.
Elektrische gereedschappen veroorzaken vonken
die het stof of de dampen kunnen ontsteken.
c) Houd kinderen en andere personen tijdens het
gebruiken van het gereedschap op afstand.
Af-
leiding kan ertoe leiden dat u de controle over het
gereedschap verliest.
Elektrische zekerheid
a) De aansluitstekker van het elektrische ge-
reedschap moet in het stopcontact passen. De
stekker mag op geen enkele wijze veranderd
worden. Gebruik geen adapterstekker geme-
enschappelijk met geaarde elektrische ge-
reedschappen.
Onveranderde stekkers en pas-
sende stopcontacten beperken het risico van een
elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde opperv-
lakken zoals pijpen, verwarmingen, fornuizen en
koelkasten.
Er is een verhoogd risico op een elekt
-
rische schok wanneer uw lichaam geaard is.
c) Houd elektrisch gereedschap weg van regen en
natheid.
Binnendringen van water in een elektrisch
gereedschap zal het risico op een elektrische schok
verhogen.
d) Maak geen verkeerd gebruik van de kabel door
hiermee het apparaat te dragen, op te hangen
of om de stekker uit het stopcontact te trekken.
Houd het snoer uit de buurt van hitte, olie, scherpe
randen of bewegende delen. Beschadigde of ver
-
warde snoeren verhogen het risico op een elektri
-
sche schok.
e)Als u met een elektrisch gereedschap buiten
werkt, gebruik dan alleen verlengkabels die ook
geschikt zijn voor gebruik buitenshuis.
Het ge
-
bruik van een geschikt verlengsnoer voor gebruik
buitenshuis vermindert het risico op een elektrische
schok.
f) Als het gebruik van elektrisch gereedschap in
een vochtige omgeving onvermijdelijk is, gebru-
Summary of Contents for DWS225DC
Page 3: ...3 140 A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16...
Page 4: ...6 1 4 140 2 3 1 2 1 4 1 3 1 2 5 3 5 1 2 1 5 2 3 4 6 1 1 2 6 2 2 1...
Page 5: ...5 140 7 8 1 1 8 2 2 3 6 3 2 1 6 4 2 1...
Page 116: ...116 140 BG BG BG BG m BG BG II...
Page 118: ...118 140 a a a a...
Page 119: ...119 140 a a...
Page 120: ...120 140 a a 1 2 3 4 5 6 a o a...
Page 122: ...122 140 8 1 8 2 1 3 2 2 2 1 2 3 4 5...
Page 123: ...123 140 RU RU RU RU m RU RU II...
Page 125: ...125 140 d e f a b c d e f g a b c a b c...
Page 126: ...b c d e f g h a b c d e f g a a...
Page 127: ...127 140 a b c d e a a b c 1 2 i j k l m n o p...
Page 129: ...129 140 1 2 3 4 5 VDE DIN H 07 RN 230 50 25 1 5 2 25 2 5 2 16 8 1 8 2 1 3 2 2 2...
Page 136: ......
Page 138: ...138 140...