~ 220 ~
NL
~ 220 ~
E
LEKTRISCHE
B
EDRADING
Bedrading Tussen Units
De draden tussen de unit correct aansluiten. Fouten in de verbindingen kunnen tot gevolg hebben
dat de unit niet goed werkt.
Sluit de besturingsdraden tussen de buiten- en de inpandige installatie aan als getoond in de
onderstaande afbeelding;
!
!
Sluit de centrale afstandsbediening
hier aan (OPTIE)
De afstandsbediening hier
aansluiten (OPTIE)
De bedrading tussen de binnen en
buiten unit hier aansluiten
Ansluiten Van De Afstandsbediening —
Alleen BH, CH, KH, NH, SBH, SH, TUH, TUH-1, UH
Elke op 12 V ac werkende standaard drie-aderige kabel met een doorsnede-oppervlakte variërend
van 0,3 mm
2
tot 0,75 mm
2
en met een maximale lengte van 500 meter kan worden gebruikt;
Bij het leggen van deze kabel dient men erop toe te zien dat hij niet in direct contact komt met
netstroomkabel of wordt gelegd in een kanaal dat of leiding die stroomkabels bevat;
Sluit de klemmen A, B en C op de afstandsbediening aan op de klemmen A, B en C op het klemblok
van de inpandige installatie, let op dat de klemmen correct op elkaar worden aangesloten;
Volledige instructies met betrekking tot het instellen en bedienen van deze bediening zijn
opgenomen in de handleiding voor de gebruiker, die is meegeleverd met de afstandsbediening.
!
!
!
!
Groepsbediening –
Alleen BH, CH, KH, NH, SBH, SH, TUH, TUH-1, UH
Maximaal 16 air conditioners kunnen als groep worden bestuurd met een enkele afstandsbediening.
(Het controlecircuit voor elke inpandige installatie begint bij de buiteninstallatie vanaf de inkomende
fase-aansluiting gemarkeerd L of L1. Het is belangrijk op een groepssysteem dat alle
controlecircuits door de hele groep zijn afgeleid van dezelfde fase.)
Voor de groepsregelaar zijn geen onderdelen nodig (m.u.v. de kabels);
Ga verder met het aansluiten van de voedingskabels en met de bedradingsaansluitingen tussen de
binnen en buiten units op precies dezelfde wijze als voor de bediening van de afzonderlijke air
conditioner;
Sluit de afstandsbediening en de binnen units in de onderstaande volgorde aan:
1 Klemmen A, B en C met kabels aansluiten op de afstandsbediening en de binnen unit Nr. 1
(zorg dat de klemmen onderling goed verbonden zijn.);
2 Klem B en C aansluiten tussen binnen units Nr. 1 en Nr. 2;
3 Klem B en C aansluiten tussen binnen units Nr. 2 en Nr. 3;
4 Ga op dezelfde manier verder met het maken van de noodzakelijke verbindingen tot en met
binnen unit Nr. 16.
!
!
!
Afstandsbediening
Binnen unit
(Nr. 1)
Binnen unit Binnen unit
(Nr.2 – Nr.16)
Voorzorgsmaatregel
Gebruik kabels met een doorsnede-oppervlakte
van tenminste 0,75 mm
2
voor het aansluiten van
de inpandige installaties. De maximale lengte van
500 meter voor de kabel voor de afstandsbedien-
ing geeft de maximale
lengte vanaf de afstandsbediening
tot de verder weg geplaatste
inpandige installatie.
!
5 Laat de (CN12) connector in unit Nr. 1 op zijn plaats, maar verwijder deze uit verdere binnen units
om storingen door verkeerde bedrading te voorkomen;
6 Zet de draaischakelaar op elke inpandige installatie op een ander cijfer, te beginnen bij stand ‘1’ voor
installatie nr. 1 die is aangesloten op de afstandsbediening. Hierdoor wordt er ook voor gezorgd dat
elke installatie op een iets ander tijdstip start zodat er geen verhoging is van de opstartstroom.
(Klemblokken op de inpandige installatie)
Heronhill - for all your Toshiba requirements
Tel: 01823 665660
www.heronhill.co.uk
Fax: 01823 665807