12
NL
3. GEBRUIK VAN DE SENSOR 31/1/A2
Periodieke controle van de goede werking van het toestel en van de juistheid van de afstelling van de
drempels volgens de van kracht zijnde reglementering.
4. MARKERING
5. ONDERHOUD VAN HET TOESTEL
Geen enkel bijzonder onderhoud is voor dit type toestel vereist. Controleer echter tijdens de periodieke
controles de goede bevestiging en de staat van de verbindingskabel naar het bedieningscircuit.
1
Identificatie
2
Serienummer van het toestel
3
Symbool "De instructiehandleiding lezen"
4
Diameters van de compatibele kabels
5
Vermogen van het einde
6
Beschermingsindex
7
Vermogen en onderbrekingsspanning van de microschakelaar
8
Contramoer en afstelschroef van de drempel 2
9
Contramoer en afstelschroef van de drempel 1
10
Optie: afstelparameters fabriek van de drempel 1
11
Optie: afstelparameters fabriek van de drempel 2