16
Ubiflux W300(+) / W400(+) / W450(+)
Ubiflux W300(+) / W400(+) / W450+
17
Hoofdstuk 5
Installeren
• De buitenluchttoevoer dient plaats te vinden vanuit de be
-
schaduwde zijde van de woning, bij voorkeur uit de gevel of
overstek. Indien de buitenlucht van onder de pannen wordt
aangezogen, dient de aansluiting zo te worden uitgevoerd,
dat er geen condenswater in het dakbeschot ontstaat en er
geen water in kan lopen. Aanzuigen van de ventilatielucht
van onder de pannen is mogelijk als er via de boven- en
onderzijde van het dakvlak vrije lucht kan toetreden en de
riolering niet ontspant onder de pannen.
• Het afvoerkanaal dient zodanig door het dakbeschot te wor
-
den gevoerd, dat er geen condenswater in het dakbeschot
ontstaat.
• Het afvoerkanaal tussen de Ubiflux en de dakdoorvoer dient
zodanig te worden uitgevoerd, dat oppervlaktecondensatie
wordt voorkomen.
• Maak altijd gebruik van een geïsoleerde ventilatiedakdoor
-
voer.
• De maximaal toelaatbare weerstand van het kanalensy
-
steem bedraagt 150 Pa (W300 & W400) en 100 Pa (W450)
bij de maximale ventilatiecapaciteit. Wanneer de weerstand
van het kanalensysteem hoger is, vermindert de maximale
ventilatiecapaciteit.
• De plaats van de afvoer van de mechanische ventilatielucht
en rioolontluchting dient zo te worden gekozen, dat er geen
hinder ontstaat.
• De plaats van de toevoerventielen dient zodanig te worden
gekozen, dat vervuiling en tocht wordt voorkomen. Geadvi
-
seerd word om de Ubbink toevoerventielen toe te passen.
Er dienen voldoende overstroomopeningen te worden aange-
bracht, deurspleet 2 cm.
6265-B.pdf 21-3-2011 14:13:01
1 = Ubiflux links 2/2 (waterpas op
-
stellen)
2 = Voorkeur toevoer ventilatielucht
3 = Toevoer ventilatielucht van onder
de pannen
4a = Vrije aanzuig onderzijde dakvlak
4b = Vrije aanzuig bovenzijde dakvlak
5 = Rioolontspanning
6 = Voorkeurplaats afvoer ventila
-
tie- lucht; Ubbink geisoleerde
ventilatiedakdoorvoer toepassen
7 = Ubbink kunststof HR WTW buis
8 = Condensafvoer
9 = Akoestische slang
10 = Kanalen van en naar woning
A = Afstand van 10 mm boven dakbeschot
B = Dakisolatie
C = Dichtschuimen
D = Pijp t.b.v. suppletielucht zorgvuldig isoleren en damp-
dicht afwerken
1 = Ubbink toevoerventielen
2 = Toevoer uit wand
3 = Afzuigventiel in plafond of hoog in de wand
4 = Voorkom overspraak
5 = Bij voorkeur Ubbink instortkanalen
a = Spleet onder de deur van 2 cm.
A = Minimale hoogte > 60mm
A