VTSSC72
06.11.2012
©Velleman nv
9
display
B
temperatuureenheid (°C of °F)
A
temperatuuraanduiding
C
opwarmingsaanduiding
6.
Beschrijving
•
Dit soldeerstation werd ontworpen met het oog op de huidige en toekomstige kwaliteitseisen van de
elektronica-industrie. De
VTSSC72
voldoet dus ruimschoots aan de eisen van hobbyisten,
onderhoudspersoneel en productiepersoneel.
•
Dankzij de hoogwaardige sensor en hitteoverdrachttechnologie, die zorgen voor een precieze
temperatuurregeling, kunt u betrouwbare soldeerpunten maken.
•
De behuizing in aluminium is stevig, de koelt het toestel op een efficiënte manier en houdt
elektromagnetische stralen tegen.
•
Dankzij het elektronische systeem van de
VTSSC72
kunt u soldeertemperaturen instellen van 200
tot 480°C (392 tot 896°F) waarbij u noch de punt, noch het verwarmingselement hoeft te vervangen.
Het solderrpincet heeft een lagere bedrijfstemperatuur: 430 tot 450°C (806 tot 842°F). De
temperatuur wordt binnen een marge van ± 3°C (± 6°F) van de normale bedrijfstemperatuur
gehouden dankzij het thermokoppel in verwarmingselement. Het vermogen van 80 W zorgt voor een
snelle ideale bedrijfstemperatuur.
•
De revolutionaire ‘nuldoorgangsschakeling’ beschermt gevoelige componenten (CMOS-apparaten,
enz.) tegen de stroomstoten en spanningpieken die bij minder efficiënte, mechanisch geschakelde
stations dikwijls leiden tot beschadiging. De verwarmingselementen zijn galvanisch gescheiden van
het net door een scheidingstransformator die het systeem een veilige maximale spanning van 32 VAC
laat gebruiken.
7.
Bedrijfstemperatuur
De meest gebruikte soldeerlegeringen in de elektronica-industrie bestaan uit 60% tin en 40% lood.
Hieronder vindt u de werktemperatuur van dit type soldeer. Die temperatuur kan verschillen van
fabrikant tot fabrikant. De Europese RoHS-standaard verbiedt echter het gebruik en de verkoop van
loodsoldeer. Het toegelaten loodvrije soldeer smelt aan een temperatuur die gemiddeld 30°C (54°F)
hoger ligt dan dat van loodsoldeer.
loodsoldeer
loodvrij soldeer
Smeltpunt
215°C
(419°F)
220°C (428°F)
Normale werking
270-320°C (518-608°F)
300-360°C (572-680°F)
Productiedoeleinden
320-380°C (608-716°F)
360-410°C (680-770°F)
Een goede verbinding is verzekerd indien de werktemperatuur van de soldeerbout is afgestemd op de
werktemperatuur van het type soldeer dat u gebruikt. Het soldeer zal te traag vloeien bij een te lage
temperatuur; een te hoge temperatuur verbrandt de flux in het soldeer en veroorzaakt een hevige
rookontwikkeling. Dit leidt dan weer tot een droge verbinding of tot permanente beschadiging van de
printplaat.
8.
Bedieningsinstructies
Raadpleeg de figuren op pagina
2
van deze handleiding.
Controleer of de werkspanning van het toestel identiek is aan die van de stroomvoorziening. Ga na of het
toestel niet werd beschadigd tijdens het transport.
ALGEMEEN
1.
Plaats de voedingsschakelaar
[8]
op OFF.
2.
Plug voorzichtig de soldeerbout
[6]
en SMD-pincet
[5]
in. Door de inkeping kunt u ze op slechts een
enkele manier aansluiten.
3.
Sluit de voedingskabel aan op de voedingsaansluiting
[9]
. Steek de stekker in het stopcontact.
4.
Sluit indien gewenst een antistatische armband aan de aardinsaansluiting
[11]
achteraan het toestel.
INSTELLINGEN
•
Schakel het station in
[8]
.
•
Plaats de schakelaar
[7]
op
TWZ
indien u het pincet of op
SIA
indien u de gewonde soldeerbout
gebruikt.
•
Houd SET
[2]
gedurende minstens 5 seconden ingedrukt tot ‘— — —’ op de display knippert. Geef
het paswoord (het standaard paswoord is ‘010’) in met
▲
[4]
en druk op SET
[2]
om het instelmenu
weer te geven. Bij het invoeren van een ongeldig paswoord keert u terug naar de normale
werkmodus (temperatuuraanduiding).
•
In het instelmenu zal de display ‘F-0’ weergeven. Selecteer de modus met
▲
[4]
of
▼
[3]
. Na 15