NL
OMSCHRIJVING
In de standaard uitvoering is de Quadra geschikt voor zowel paneel/plafond- als wandinstallatie,
maar ook voor opbouwmontage op een horizontaal of verticaal vlak. Een montagekit voor
verzonken montage (8000000020) is als toebehoor beschikbaar. Ø100mm kanalen (flexibel of
star) kunnen worden aangesloten als achteruitgang in de standaard variant of als zijuitgang met
de montagekit voor verzonken montage. Adaptors voor rechthoekige kanalen kunnen worden
gebruikt. Voor wandmontage kan de wandkit (8000000002 wit) worden gebruikt. Bekijk onze
catalogus of website (www.vent-axia.com) voor meer informatie over alternatieve kanalen en
aansluitopties. Een filter (8000000021) is als toebehoor beschikbaar.
A. INSTALLATIE
Terugslagklep wordt meegeleverd. Deze zit tijdens het transport in het product verpakt. Deze is
ontworpen om het kanaal af te sluiten als de ventilator uit staat, zodat koude lucht niet naar binnen
kan dringen. Wanneer u de ventilator zo instelt dat deze continu lucht afzuigt (continubedrijf), is
deze klep niet werkelijk noodzakelijk. Om te gebruiken moet het naar het einde van het
insteekeinde van de afvoer worden geduwd waarbij de scharnieren op de kleppen verticaal staan
(
fig. 1
).
BELANGRIJK: Let er bij het boren of maken van gaten goed op, dat dwarsbalken en verborgen
buizen of kabels worden vermeden.
OPBOUWMONTAGE (PANEEL/PLAFOND)
1.
Verwijder de afdekking aan de voorkant door de 2 schroeven 2 slagen losser te draaien (
fig.
2)
Haal de afdekking eerst aan de onderkant los en daarna aan de bovenkant
.
2.
Maak een gat van
∅
105 mm in het paneel en passende schroefgaten, zodat er voldoende
plaats is het product te installeren en dat de optionele filter (
fig. 3
) kan worden verwijderd
voor reiniging. De kartonnen mal in de verpakking kan als sjabloon dienen.
3.
Stel de benodigde snelheid en andere functies in zoals beschreven in
sectie B
INSTELLING.
4.
Verwijder de kleine interne afdekking die de aansluitdoos rechtsboven bedekt (
fig. 3
).
5.
Verbind de kanalen met het insteekeinde en plaats de ventilator in het gat van het paneel.
Voer tegelijkertijd de bedrading door het gat in de chassis naast de aansluitdoos
(fig. 4)
6.
Zet alles in de juiste positie vast met behulp van de schroeven en pluggen.
7.
Kies het juiste aansluitschema in
sectie C BEDRADING
en volg dit op.
8.
Plaats de interne afdekking weer over de aansluitdoos.
9.
Controleer dat de waaier vrij draait.
10. Plaats de afdekking aan de voorkant terug en draai de twee schroeven vast.
11. Schakel de netvoeding in en controleer of de ventilator correct draait.
OPBOUWMONTAGE (WAND)
Voor montage door de muur kan de wandkit (8000000002 wit) worden gebruikt.
1.
Verwijder de afdekking aan de voorkant door de 2 schroeven 2 slagen losser te draaien (
fig.
2)
Haal de voorkant eerst aan de onderkant los en daarna aan de bovenkant.
2.
Maak een gat van
∅
117 mm door de wanden, zodat er voldoende plaats is het product te
installeren en dat de optionele filter (
fig. 3
) kan worden verwijderd voor reiniging. De
kartonnen mal in de verpakking kan als sjabloon dienen.
3.
Plaats de muurdoorvoer met de grotere koker aan de kant van de kamer en zet het uiteinde
vlak met de muur, in de juiste positie vast. De muurdoorvoer moet naar beneden gericht
worden geplaatst, weg van de ventilator, zodat condensatie naar buiten loopt.
4.
Extern rooster (apart beschikbaar): Markeer de bevestigingsgaten op de wand met behulp
van de achterplaat van het rooster. Boor de gaten in de wand en plaats de pluggen erin,
bevestig daarna het rooster. Zorg dat de lamellen naar beneden wijzen.
5.
Stel de benodigde snelheid en andere functies in zoals beschreven in
sectie B
INSTELLING.
6.
Verwijder de kleine interne afdekking die de aansluitdoos rechtsboven bedekt (
fig. 3
).