8
5. Opslag
De accuspanning wordt gehandhaafd op de geconfigureerde opslagspanningswaarde, die
enigszins wordt verminderd in vergelijking met de druppellaadspanning om gasvorming te
minimaliseren en de levensduur van de accu te verlengen terwijl de accu ongebruikt blijft en
continu wordt opgeladen.
6. Vernieuwing
Om de accu te vernieuwen en langzame zelfontlading te voorkomen tijdens de opslag
gedurende een langere periode, zal er om de 7 dagen automatisch een absorptielading van 1
uur plaatsvinden (of zoals geconfigureerd).
De STROOM- en STATUS-LED's kunnen worden gebruikt om te bepalen of de
Blue Smart Charger
al
dan niet is ingeschakeld en om de actieve laadfase te bepalen; raadpleeg de onderstaande tabel:
LED
Status
Laadfase/Beschrijving
Voeding
(groen)
Verlicht
Ingeschakeld
Uit
Uitgeschakeld
Status
(geel)
Snel knipperend
Bulk
Langzaam knipperend
Absorptie/Reconditionering
Verlicht
Druppellaad/Stroomvoorzieningsmodus
Uit
Opslag/vernieuwen
3.2 Temperatuurcompensatie
Acculaders van de Victron
Blue Smart Charger
-serie compenseren de geconfigureerde
laadspanning automatisch op basis van de omgevingstemperatuur (tenzij uitgeschakeld of in Li-ion
modus).
De optimale laadspanning van een loodzuuraccu varieert omgekeerd evenredig met de
accutemperatuur; de automatische temperatuurgebaseerde laadspanningscompensatie vermijdt de
noodzaak van speciale laadspanningsinstellingen in warme of koude omgevingen.
Tijdens het opladen zal de acculader zijn interne temperatuur meten en die temperatuur gebruiken
als referentie voor temperatuurcompensatie. Echter, de initiële temperatuurmeting is beperkt tot 25
°C omdat het onbekend is of de acculader nog warm is van eerder gebruik.
Aangezien de acculader tijdens bedrijf enige warmte genereert, wordt de interne temperatuurmeting
alleen dynamisch gebruikt wanneer de interne temperatuurmeting als betrouwbaar wordt
beschouwd; wanneer de laadstroom is gedaald tot een laag/verwaarloosbaar niveau en voldoende
tijd is verstreken om de temperatuur van de acculader te stabiliseren.
De geconfigureerde laadspanning is gerelateerd aan een nominale temperatuur van 25 °C en
lineaire temperatuurcompensatie vindt plaats tussen de grenswaarden van 6 °C en 50 °C op basis
van de standaardtemperatuurcompensatiecoëfficiënt van 16,2 mV/°C (vermenigvuldig voor 24V-
acculaders de coëfficiënt met 2) of zoals geconfigureerd.
De temperatuurcompensatiecoëfficiënt is ingesteld op mV/°C en geldt voor de gehele accu/accubank
(niet voor individuele accucellen).