NL
77
teruggekeerd naar de modaliteit
weergave
.
Modaliteit timer.
Met de modaliteit van de timer kan de airconditoner automatisch uitgeschakeld
worden na een bepaald tijdsinterval.
Wanneer op de knop (9) wordt gedrukt, wordt de modaliteit
Timer
bereikt.
Wanneer herhaaldelijk op de toets (9) wordt gedrukt, kan een werkingstijd
ingesteld worden van een minimum van 30’ tot een maximnum van 6 uur, met
sprongen van 30’. Om de timer te desactiveren, moet op de toets (9) gedrukt
worden tot “
h 0.0
” wordt weergeven. Wanneer op de toets (9) wordt gedrukt
wanneer de functie van de timer actief is, wordt op het display de resterende tijd
weergegeven. Als niet op de knop (9) gedrukt wordt voor 10 seconden, wordt
teruggekeerd naar de modaliteit
weergave
.
Wanneer de functie van de timer actief is, knippert de LED “
In werking
”.
Wanneer de airconditioner uitgeschakeld en weer aangeschakeld wordt, wordt
de functie van de timer gedesactiveerd.
5.3. Het gebruik van uw airconditioner.
De airconditioner heeft 3 drie koelniveau’s voor een geschikte aanpassing aan de
koelte en de beschikbaarheid van de stroomtoevoer.
De selecties betreffen de koelcapaciteit van de compressor.
De modaliteiten die kunnen ingesteld worden, zijn:
1 =
Minimum koelniveau
A =
Gemiddeld koelniveau
2 =
Maximum koelniveau
Wanneer de airconditioner wordt gestart, wordt het gemiddelde niveau
“A” ingesteld.
Om dit niveau te wijzigen, moet herhaaldelijk op de knop (8)
gedrukt worden tot het gewenste niveau bereikt wordt. Bij elke druk op de knop
wordt cyclisch overgegaan van niveau “
2
” naar niveau “
1
”.
5.4. Uitschakeling.
Om de airconditioner uit te schakelen, moet voor één seconde op de knop (7)
gedrukt worden.
5.5. Melding ALARM / FOUT
Het oplichten van de controlelamp “
Alarm/fout
” duidt een onregelmatigheid
van de werking aan als gevolg van een defect of een kritische situatie.
Het oplichten van de controlelamp wordt vergezeld van de weergave op het
display van de foutcode (een E gevolgd door een nummer, bijvoorbeeld E.001)
of een alarmcode (een A gevolgd door een nummer, bijvoorbeeld A.064). In deze
gevallen moet de weergegeven melding genoteerd worden, moet de installatie
uitgeschakeld worden, en moet de onregelmatigheid gecontroleerd worden door
de aanwijzingen te volgen die beschreven worden in paragraaf 7. MELDING
ONREGELMATIGHEDEN OP HET PANEEL.
5.6. Afstandsbediening (raadpleeg afb. 2)
De bediening van de airconditioner kan uitgevoerd worden door middel van een
afstandsbediening wanneer u ligt of zit. De beschikbare functies zijn dezelfde
van het bedieningspaneel, met dezelfde modaliteiten voor de selectie.
Voor een correct gebruik van de afstandsbediening moet het loodrecht naar het
paneel gericht worden. Hou rekening met de maximum bereikbare afstand van
de afstandsbediening, die ongeveer 3 meter bedraagt, en met de maximum
afwijkende hoek die op een afstand van één meter van het apparaat 30°
Summary of Contents for ROAD WIND 3300T
Page 15: ...IT 15 ...
Page 41: ...FR 41 ...
Page 69: ...ES 69 ...
Page 83: ...NL 83 ...
Page 84: ...84 ...