60
7. INGEBRUIKNAME
a) Batterijen plaatsen/vervangen
• Koppel de meter van de netspanning voorafgaand aan het
plaatsen of vervangen van de batterijen.Trek de contactdoos
eruit. Verwijder een aangesloten verbruiker van de geaarde
contactdoos van de meter.
• Open het batterijvak (2) aan de achterkant. Het deksel van het
batterijvak (6) is met 2 schroeven bevestigd.
• Plaats twee batterijen van het type „LR44“ en let op de juiste
polariteit. De pluspool (+) van de beide batterijen moet naar
buiten in uw richting wijzen.
• Plaats het deksel weer op de het batterijvak en schroef hem
vast.
• De batterijen moet worden vervangen, als de displayweergave
van de meter niet meer kan worden geactiveerd, wanneer
het niet in een contactdoos is gestoken of een „Batterij leeg“-
pictogram onder in de display verschijnt.
Wanneer de meter niet in een contactdoos is gesto-
ken, schakelen de display en de meter na ongeveer
15 seconden uit, wanneer er geen toets wordt ingedrukt
(om stroom te besparen en de levensduur van de batterijen
te verhogen).
Om de weergave weer te activeren, drukt u of kort op een
willekeurige toets of steek de meter in een contactdoos.
Summary of Contents for 1000BASIC DE
Page 27: ...27 Page 9 Disposal 44 a General 44 b Disposal of used batteries 44 10 Technical data 45...
Page 70: ...70...
Page 71: ...71...