72
9. Onderhoud en reiniging
• Koppel het product voor elke reinigingsbeurt los van de stroomvoorziening.
• Gebruik een droge, pluisvrije doek om het product te reinigen.
• Gebruik in geen geval agressieve reinigingsmiddelen, reinigingsalcohol of andere chemische oplosmiddelen, omdat
deze schade kunnen veroorzaken aan de behuizing of zelfs de werking aantasten.
10. Bedrijfsstoringen
De temperatuurregelaar werkt niet, de indicatielampjes lichten niet op
• Schakel de temperatuurregelaar in met een korte druk op knop "
".
• Controleer of de temperautuurregelaar door de netspanning van stroom wordt voorzien.
Voor u de behuizing van de temperatuurregelaar opent en naar de oorzaak zoekt, ontkoppelt u de temper-
atuurregelaar en de aangesloten apparaten aan alle polen van de netspanning! In het andere geval bestaat
levensgevaar door een elektrische schok!
Het aangesloten koel- en/of verwarmingsapparaat werkt niet
• Schakel de temperatuurregelaar in met een korte druk op knop "
".
• De temperatuurregelaar werkt na het inschakelen of aansluiten aan de netspanning pas na afloop van de in functie
"F4" ingestelde tijd (basisinstelling 3 minuten).
• Controleer de instellingen in het systeem set-up en de instelling van de gewenste temperatuurwaarde.
• Controleer of de bekabeling in het interieur van de temperatuurregelaar juist is.
Voor u de behuizing van de temperatuurregelaar opent en naar de oorzaak zoekt, ontkoppelt u de temper-
atuurregelaar en de aangesloten apparaten aan alle polen van de netspanning! In het andere geval bestaat
levensgevaar door een elektrische schok!