125
c) Meetapparaat openen
Door het behuizingsontwerp is zelfs bij een geopend batterij- en zekeringsvak, alleen toegang tot de batterijen en
zekeringen mogelijk.
Deze maatregelen verhogen de veiligheid en de gebruiksvriendelijkheid.
Voor het openen gaat u als volgt te werk:
- Koppel alle meetleidingen van het meetapparaat los en
schakel het uit.
- Klap de opstelbeugel (N) aan de achterzijde open.
- Maak met een passende schroevendraaier de 5 batterijvak-
schroeven (M) aan de achterzijde los.
- Trek het batterijvakdeksel (N) van het meetapparaat wan-
neer de opstelbeugel opgeklapt is.
- De zekeringen en het batterijvak zijn nu toegankelijk.
- Controleer elke keer dat het batterijvakdeksel werd geo-
pend, de rubberen dichting rond het batterij- en zekerings-
vak op vuil en verwijder dit indien nodig. Dit garandeert de
bescherming tegen indringen van stof en water.
- Sluit de behuizing af in omgekeerde volgorde en schroef het
batterij- en zekeringsvak vast.
- Het meetapparaat is nu weer klaar voor gebruik.
d) Vervangen van de zekering
De stroommeetbereiken zijn beveiligd met hoogspanningszekeringen. Als er geen meting in dit bereik meer mogelijk
is, moet de zekering worden vervangen.
De zekeringen kunnen bij gesloten behuizing via de weerstandsmetingsfunctie worden gecontroleerd. Se-
lecteer de meetfunctie “Ω”. Verbind met een meetleiding de meetbus “Ω” (E) met de mA-bus (B) of met de
A-bus (C).
Bij intacte zekeringen moeten de volgende meetwaarden worden weergegeven:
mA : <1,5 MΩ, A : < 5 Ω. Als een hogere waarde of “OL” wordt weergegeven, moet de zekering worden vervangen.