111
8. Schermgegevens en symbolen
De volgende symbolen en gegevens zijn op het
apparaat of op het scherm aanwezig.
1 Echt-effectieve waardemeting
2 Symbool voor actieve laagdoorlaatfilter “LPF”
3 Hold-functie is actief
4 Symbolen voor meetwaardegeheugen
P = Piekwaarde (Peak)
MAX = Maximumwaarde
MIN = Minimumwaarde
5 Symbool voor de diodetest
6 Symbool voor de akoestische doorgangsmeting
7 Symbool voor nano (n, exp.-9)
Symbool voor milli (m, exp.-3)
Symbool voor micro (µ, exp.-6)
Farad (F, eenheid van elektrische capaciteit)
8 Volt (V, eenheid van elektrische spanning)
Ampère (A, eenheid van elektrische stroomsterkte)
9 Symbool voor mega (M, exp.6)
Symbool voor kilo (k, exp.3)
Ohm (eenheid van elektrische weerstand)
10 Subscherm (hulpweergave)
11 Hertz (Hz, eenheid van de frequentie), weergave van de pulsduurverhouding (%)
12 Meetwaardemelding
13 Automatische uitschakeling is geactiveerd
14 Staafdiagram, analoge balkenweergave voor de digitale waarde
15 Automatische verlichting voor scherm is actief
16 Slotsymbool voor fasenherkenning (knipperen = detectiemodus, permanente weergave = fase herkend)
17 3-Fasen-draairichtingsweergave “rechtsdraaiend”
18 3-Fasen-draairichtingsweergave “linksdraaiend”
19 Symbool graden Celsius, symbool graden Fahrenheit, meetfunctie is niet beschikbaar
20 Delta-symbool voor relatieve metingen (=referentiewaardemeting)
21 Automatische meetbereikselectie is actief
22 Indicator batterijen vervangen
