113
9. Meetbedrijf
Zorg dat de max. toegestane ingangswaarden in geen geval worden overschreden. Raak
schakelingen en schakeldelen niet aan als daarop een hogere spanning dan 33 V ACrms of 70 V DC
kan staan! Levensgevaarlijk!
Controleer voor aanvang van de meting de aangesloten meetleidingen op beschadigingen, zoals
sneden, scheuren of afknellingen. Defecte meetleidingen mogen niet meer worden gebruikt!
Levensgevaarlijk!
Pak tijdens het meten de meetstiften niet boven de tastbare handgreepmarkeringen vast.
Er mogen altijd alleen de twee meetleidingen op het meetapparaat aangesloten zijn, die nodig zijn
voor de meetfuncties. Verwijder om veiligheidsredenen alle niet benodigde meetleidingen uit het
apparaat.
Metingen in stroomcircuits >33 V/AC en >70 V/DC mogen alleen door elektriciens en hiervoor
aangewezen personeel, die op de hoogte zijn van de van toepassing zijnde voorschriften en de
daaruit volgende gevaren, uitgevoerd worden.
Als “OL” (voor Overload = overbelasting) op het display verschijnt, hebt u het meetbereik overschreden.
a) Meetapparaat inschakelen
Draai de draaischakelaar (F) op de betreffende meetfunctie. Draai de draaischakelaar op de stand “OFF” om het
apparaat uit te zetten. Schakel het meetapparaat altijd uit als u het niet gebruikt.
Voordat u het meetapparaat kunt gebruiken, moet eerst de meegeleverde batterij worden geplaatst. Het
plaatsen en vervangen van de batterijen wordt in het hoofdstuk “Reiniging en onderhoud” beschreven.
b) Wisselspanningsmeting “V/AC”
Voor het meten van wisselspanningen “AC” (V ) gaat
u als volgt te werk:
- Schakel de DMM in en kies de meetfunctie “V ”. Op het
scherm verschijnt “AC” en de eenheid “V”.
- Steek de rode meetleiding in de V-meetbus (E), de zwarte
meetleiding in de COM-meetbus (D).
- Maak nu met de beide meetstiften parallel met het meet-
object (generator, schakeling, enz.).
- De meetwaarde wordt op het hoofdscherm weergegeven.
Het kleine subscherm geeft daarbij de frequentie weer.
- Verwijder na het meten de meetleidingen van het meetob-
ject en schakel de DMM uit.
Het spanningsbereik “V/AC” bezit een ingangs-
weerstand van ≥10 MΩ. Daardoor wordt de
schakeling bijna niet belast.