146
12.1 De multimeter in- en uitschakelen
1. Gebruik de draaiknop voor het selec-
teren van de gewenste meetmodus.
Æ
Het optische meetbereik wordt
automatisch geselecteerd (be-
halve in de stroommodus).
Æ
Begin bij het meten van een
stroom altijd met het grootste
meetbereik en schakel indien no-
dig over naar een kleiner bereik.
Æ
Koppel de testkabels altijd los
van de multimeter voordat u over-
schakelt op een andere modus.
2. Schakel de multimeter uit door de
draaiknop naar de stand
OFF
te draaien.
Æ
Zet de multimeter altijd uit als u deze niet gebruikt.
3. Voordat u de multimeter opbergt, dient u de testkabels in de klemmen met hoge
impedantie te steken (
COM
en
). Dit helpt fouten bij het uitvoeren van vol-
gende metingen te voorkomen.
De batterij moet worden geïnstalleerd voordat u de multimeter kunt ge-
bruiken. Zie "Reiniging en onderhoud” voor instructies voor het verande-
ren/vervangen van de batterij.