199
Deze kan niet worden gebruikt als er “OL” op de display verschijnt.
12.13 Diodetest
Zorg ervoor dat alle objecten die u wilt meten (inclusief circuitcomponen-
ten, circuits en componentonderdelen) losgekoppeld en ontladen zijn.
1. Schakel de DMM in en selecteer
de modus.
2. Druk 2x op
SEL
/
2x om op
de diodetestmodus te schake-
len.
Æ
Het diodesymbool en “V”
verschijnen op de display.
3. Druk nogmaals op de toets om
op de volgende modus te scha-
kelen.
4. Steek de rode testkabel in de
Ω
-meetpoort en de zwarte test-
kabel in de
COM
-meetpoort.
5. Controleer de testkabels op con-
tinuïteit door de twee meetsondes tegen elkaar te houden. Een waarde van
ongeveer 0.000 V zou moeten verschijnen.
6. Houd de twee meetsondes nu tegen het object dat u wilt meten (diode). Sluit de
rode testkabel aan op de anode (+) en de zwarte testkabel op de kathode (-).
Æ
De normale voorwaartse spanning van de PN-junctie wordt weergegeven in
volt
(V)
. “OL” geeft aan dat de diode in sperrichting zit of defect is. Probeer
de meting opnieuw uit te voeren met de tegenovergestelde polariteit.
7. Nadat u een meting hebt uitgevoerd, dient u de kabels van het gemeten object
te verwijderen en de DMM uit te schakelen.