108
Gebruik voor het schoonmaken geen carbonhoudende schoonmaakmiddelen, benzine, alcohol of
soortgelijke producten. Hierdoor wordt het oppervlak van het meetapparaat aangetast. Bovendien zijn
de dampen schadelijk voor de gezondheid en explosief. Gebruik voor de reiniging ook geen scherp
gereedschap, schroevendraaiers of staalborstels en dergelijke.
Gebruik een schone, pluisvrije, antistatische en licht vochtige schoonmaakdoek om het product te
reinigen. Laat het apparaat goed drogen voordat u het weer in gebruik neemt.
10.3. PLAATSEN EN VERVANGEN VAN DE BATTERIJEN
Het meetapparaat werkt op zes microbatterijen (type AAA, LR03). Bij de eerste ingebruikneming of
wanneer het symbool voor vervanging van batterijen verschijnt, moeten nieuwe, volle batterijen worden
geplaatst.
Batterijtoestand goed, batterijen zijn volledig opgeladen
Batterijtoestand goed, batterijen zijn bijna volledig opgeladen
Batterijtoestand middelmatig, batterijen zijn bijna leeg en een vervanging dient zich aan
Batterijtoestand slecht, batterijen zijn bijna leeg en een vervanging noodzakelijk
Batterijtoestand ontoereikend, batterijen zijn leeg en een vervanging onmiddellijk nodig.
Voor het plaatsen/vervangen gaat u als volgt te werk:
Koppel alle meetsnoeren van het meetapparaat los en
schakel het uit.
Klap de standaard (5) open en draai de beide schroeven uit
het batterijvak.
Druk met de vinger op het batterijvakdeksel, zoals afge-
beeld. Het deksel klapt omhoog en kan gewoon worden
verwijderd. Nu kunt u bij de batterijen.
Vervang de lege batterijen voor nieuwe van hetzelfde type.
Let op de polariteit in het batterijvak.
Sluit het batterijvak in omgekeerde volgorde en draai de
schroeven vast.
Het meetapparaat is nu weer klaar voor gebruik.