53
☞
Wordt de vooraf ingestelde stroomsterkte tijdens het normale gebruik bereikt, dan
schakelt de voeding over op stroombegrenzing en vermindert daarbij de spannings-
waarde. Dit bedrijf wordt aangegeven met de rode statusindicatie “CC” (4).
Uitgangsspanning van uitgang B instellen
De uitgang B is onafhankelijk te gebruiken van uitgang A.
Verwijder de aangesloten verbruikers van uitgang B (9 en 10).
Schakel de voeding in via de aan/uit-schakelaar (1). De bedrijfsindicator (2) licht op en op het display
worden spanning en stroom weergegeven.
Druk de toets „show value“ (8) en houdt deze tijdens het instellen van de spanning ingedrukt. In het
display van uitgang A worden de spanning en de stroom van uitgang B weergegeven.
Met behulp van de draairegelaar „V-adjust“ (7) kan de uitgangsspanning voor uitgang B worden
ingesteld.
Laat de toets (8) na het instellen van de spanning weer los.
☞
Bij uitgang B is een vaste stroombegrenzing van ca. 1,5 A ingesteld, deze kan niet
worden veranderd. Bij het bereiken van deze stroomgrens brandt de rode indicator
„overload“ (6).
De betreffende spannings- en stroomwaarden kunnen te allen tijde door het drukken
op de toets „show value“ (8) gecontroleerd worden.
Aansluiting van een verbruiker
Let bij het aansluiten van een verbruiker op dat deze uitgeschakeld met de voe-
ding wordt verbonden. De max. stroomopname van de aan te sluiten verbruiker
mag de aanduidingen uit de technische gegevens niet overschrijden.
Bij het in serie schakelen van de uitgangen van meerdere netvoedingen kunnen
aanraakgevaarlijke spanningen (> 75 VDC) ontstaan, die bij aanraking levensge-
vaarlijk kunnen zijn. Vanaf deze spanning mogen alleen geïsoleerde accessoires
(aansluitleidingen, meetleidingen, enz.) worden gebruikt.
Voorkom het gebruik van niet-geïsoleerde leidingen en contacten. Deze niet-geï-
soleerde plaatsen dienen door geschikt, moeilijk ontvlambaar isolatiemateriaal
of andere maatregelen te worden afgedekt om rechtstreeks contact te voorko-
men.
Let op een voldoende sectie van de geleiders voor de verwachte stroomsterkte.