NL
17
WWW.VONROC.COM
5) Gebruik en onderhoud accugereedschap
a)
Laad alleen op met de lader die door de fabrikant
is gespecificeerd.
Een lader die voor een bepaalde
accu geschikt is, kan brand veroorzaken wanneer
deze met een andere accu wordt gebruikt.
b)
Gebruik elektrisch gereedschap alleen met de
speciaal hiervoor bedoelde accu’s.
Gebruik van
andere accu’s kan kans op letsel en brand geven.
c)
Wanneer de accu niet in gebruik is, houd deze
dan uit de buurt van andere metalen voorwerpen
zoals paperclips, munten, sleutels, spijkers,
schroeven of andere kleine metalen voorwerpen
die een verbinding tussen twee polen kunnen
maken.
Kortsluiting tussen de accupolen kan
brandwonden of brand veroorzaken.
d)
Wanneer de accu niet juist wordt gebruikt, kan
er vloeistof uit lopen; raak dit niet aan. Wanneer
dit per ongeluk wel gebeurt, spoel dan met
water. Wanneer de vloeistof in de ogen komt,
moet u een arts raadplegen.
De vloeistof uit de
accu kan irritaties of brandwonden veroorzaken.
e)
Gebruiken niet een accu of gereedschap dat
beschadigd is of gemodificeerd.
Beschadigde of
gemodificeerde accu’s kunnen onvoorspelbaar
gedrag vertonen, wat brand, explosie of een
risico van letsel met zich meebrengt.
f)
Stel een accu over het gereedschap niet
bloot aan open vuur of een uitzonderlijk
hoge temperatuur.
Blootstelling aan vuur of
een temperatuur hoger dan 130 °C, kan een
explosie veroorzaken. NB De temperatuur
van “130 °C” kan worden vervangen door de
temperatuur van “265 °F”.
g)
Houd u aan alle instructies voor het laden en
laad de accu of het gereedschap niet op buiten
het temperatuurbereik dat in de instructies
wordt aangeduid.
Op een onjuiste wijze laden of
laden bij temperaturen buiten het aangeduide
bereik kan de accu beschadigen en het risico
van brand doen toenemen.
6) Service
a)
Laat uw gereedschap onderhouden door
een gekwalificeerde onderhoudstechnicus
die alleen gebruikmaakt van identieke
vervangingsonderdelen
. Dit zorgt ervoor dat de
veiligheid van de powertool intact blijft.
b)
Voer nooit servicewerkzaamheden uit aan
beschadigde accu’s.
Alleen de fabrikant of
geautoriseerde service-providers mogen ser-
vicewerkzaamheden aan accu’s uitvoeren.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR POLIJSTWERKZAAMHEDEN
a)
Dit elektrische gereedschap is te gebruiken als
polijstmachine. Neem alle veiligheidsvoorschrif
ten, aanwijzingen, afbeeldingen en gegevens die
u bij het gereedschap ontvangt in acht.
Als u de
volgende aanwijzingen niet in acht neemt, kun-
nen een elektrische schok, brand en/of ernstig
letsel het gevolg zijn.
b)
Dit elektrische gereedschap is niet geschikt voor
slijp en doorslijpwerkzaamheden, schuurwerk
zaamheden (met schuurpapier) en werkzaamhe
den met draadborstels.
Toepassingen waarvoor
het elektrische gereedschap niet is voorzien,
kunnen gevaren en verwondingen veroorzaken.
c)
Gebruik uitsluitend toebehoren dat door de fabri
kant speciaal voor dit elektrische gereedschap
is voorzien en geadviseerd.
Het feit dat u het
toebehoren aan het elektrische gereedschap kunt
bevestigen, waarborgt nog geen veilig gebruik.
d)
Het toegestane toerental van het inzetge
reedschap moet minstens even hoog zijn als
het maximale toerental dat op het elektrische
gereedschap vermeld staat.
Toebehoren dat
sneller draait dan toegestaan, kan onherstelbaar
beschadigd worden en wegvliegen.
e)
De buitendiameter en de dikte van het inzet
gereedschap moeten overeenkomen met de
maatgegevens van het elektrische gereedschap.
Inzetgereedschappen met onjuiste afmetingen
kunnen niet voldoende afgeschermd of gecon-
troleerd worden.
f)
Inzetgereedschappen met schroefdraadinzet
stuk moeten nauwkeurig op de schroefdraad
van de uitgaande as passen. De gatdiameter
van met een flens gemonteerde inzetgereed
schappen moet passen bij de opnamediameter
van de flens.
Inzetgereedschappen die niet
nauwkeurig op de uitgaande as van het elektri-
sche gereedschap passen, draaien ongelijkma-
tig, trillen sterk en kunnen tot het verlies van de
controle leiden.
g)
Gebruik geen beschadigde inzetgereed
schappen. Controleer voor het gebruik altijd
inzetgereedschappen zoals slijpschijven op
afsplinteringen en scheuren, steunschijven op
scheuren of sterke slijtage en draadborstels op
losse of gebroken draden. Als het elektrische
gereedschap of het inzetgereedschap valt,
dient u te controleren of het beschadigd is, of
gebruik een onbeschadigd inzetgereedschap.