Thermometer bedienen
AirConService TM-84N
NL
68
8
Thermometer bedienen
8.1
Algemene instructies voor bediening
Alle functies die u met de toetsen instelt, gelden eerst alleen voor de temperatuursensor
waarvan de waarden op het hoofddisplay worden weergegeven.
Als functies ook voor andere temperatuursensors moeten worden ingesteld, moet eerst
het weergavebereik van T1 en T2 worden verwisseld, zie hoofdstuk „Temperatuurverschil
weergeven” op pagina 70.
Voorbeeld:
In het hoofddisplay wordt de temperatuur van de temperatuursensor T1 weergegeven.
Met de toets MIN/MAX schakelt u de weergave van de maximale waarde in. Dit geldt
alleen voor de temperatuur van sensor T1.
Verwissel met de toets
het weergavebereik van T1 en T2 zodat T2 in het hoofddis-
play wordt weergegeven.
Nu kunt u met de toets Min/Max ook de maximale waarde voor de sensor T2 laten weer-
geven.
➤
Stel het thermo-elementtype correct in, anders wordt de temperatuur verkeerd geme-
ten, zie hoofdstuk „Thermo-elementtype instellen” op pagina 67.
8.2
Temperatuursensor insteken en lostrekken
➤
Steek de stekkers van de temperatuursensor in de bus T1 en T2 van het handtoestel.
A
I
8.3
LCD-thermometer uitschakelen
➤
Druk op de toets
om de LCD-thermometer uit te schakelen.
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Trek de temperatuursensor alleen aan de stekker uit het handtoestel.
INSTRUCTIE
Controleer of de stekkers van de temperatuursensor vast in de LCD-thermo-
meter zijn ingestoken.
Als andere temperatuursensors als thermo-elementtype K worden gebruikt,
veroorzaken geringe temperatuurverschillen tussen handtoestel en stekker
van de temperatuursensor al meetfouten. Wacht daarom na het insteken
van een temperatuursensor tot de temperatuurwaarden stabiel zijn. Dit kan
afhankelijk van het temperatuurverschil tot 15 min. duren.
T1-T2
T1 T2