78
GEBRUIK EN VERZORGING
Laat de oven altijd volledig afkoelen voordat u hem reinigt.
1.
Trek de stekker van de oven altijd uit het
stopcontact voor het reinigen.
2. Gebruik na het afkoelen van de oven een vochtige doek of
sponsje om de binnen- en buitenkant te reinigen.
3. Zet de binnenkant van de oven niet onder water en maak
deze evenmin schoon in een sopje, dit veroorzaakt ernstige
schade aan het apparaat.
4. Gebruik geen scherp of hard kookgerei met de oven,
hiermee kunt u het oppervlak van het apparaat
beschadigen.
5. U mag de roosters en de bakplaat uitsluitend met de hand
afwassen en drogen.
6. Om de glazen deur te reinigen, gebruikt u een glasreiniger of
een vochtig doekje. Veeg droog met een schone doek.
Gebruik geen agressieve schuurmiddelen of scherpe
metaalschrapers om het glas van de ovendeur te reinigen.
U kunt hiermee het oppervlak beschadigen, met als gevolg
versplintering van het glas.
7. Als de oven langere tijd niet is gebruikt, dient u stof en vocht
te verwijderen voor hernieuwde ingebruikname.
8. Neem als er iets mis is met dit product contact op met uw
lokale distributeur.
9. Indien het ovenlampje rechtsboven in de oven los is geraakt
tijdens het vervoer, volgt u de volgende stappen om het
lampje vast te maken of te vervangen: