Nederlands
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-SiFire System
81
WAARSCHUWING! Gevaar voor brand of steek-
vlammen!
Tijdens het opladen van de accu's van de diesel-
pomp kunnen er explosieve gassen worden
gevormd. Vermijd vlammen en vonken.
Laat nooit brandbare vloeistoffen of in zuur
gedrenkte lappen rond de installatie of elektri-
sche apparatuur liggen.
GEVAAR! Gevaar voor fataal letsel!
Zorg voor voldoende ventilatie in de pompka-
mer. Controleer of de uitlaat van de dieselmotor
vrij is en of de pijp de uitlaatgassen veilig de
ruimte uit leidt, weg van deuren, ramen en ven-
tilatieopeningen.
WAARSCHUWING! Gevaar voor verbranding!
Controleer of de uitlaatpijpen correct onder-
steund zijn en uitgerust met antitrillingskoppe-
lingen/flexibele trillingsdempende hulzen en
beschermd tegen onbedoeld contact.
VOORZICHTIG! Gevaar voor schade aan de
installatie!
Controleer of de zuig- en persleidingen van de
pompen correct ondersteund zijn en uitgerust
met flexibele trillingsdempende hulzen.
VOORZICHTIG! Gevaar voor schade aan het pro-
duct!
Controleer of het vloeistofpeil van de dieselmo-
tor (olie/water) correct is en of de doppen van
het water- en oliecircuit goed bevestigd zijn.
Controleer bij inwendige verbrandingsmotoren
met een water/water-warmtewisselaar of de
klep van het koelcircuit vergrendeld is in de
open stand.
Controleer de olie en de dieselbrandstof en con-
troleer of er geen vloeistof verloren gaat.
VOORZICHTIG! Gevaar voor schade aan het pro-
duct!
Voor het verwarmen van de olie/het water van
de dieselmotor kan een dompel- of con-
tactweerstand met een voedingsspanning van
230V worden geïnstalleerd.
7.3 Regeling en omgeving
• Regel de elektrische of dieselpompen als beschre-
ven in de handleidingen van beide types pompen.
• Zorg voor voldoende ruimte voor onderhoud van
de pompen, motoren, kasten en geïnstalleerde
toebehoren.
• Bereid een oppervlak voor van gewapend beton
voor de installatie van de drukverhoger. Dit moet
perfect vlak en horizontaal zijn, zoals te zien in de
documentatie, inclusief bouten met een diameter
die is aangepast aan het gewicht van de groep (zie
afb. 4).
• Sluit de leidingen van de verschillende circuits aan
zonder mechanische spanning. Deze zou de appa-
ratuur of de leidingen zelf kunnen beschadigen.
• Controleer de vloeistofniveaus van de dieselpom-
pinstallatie (motorolie, koelwater, accuvloeistof
etc.). Pas indien nodig de niveaus aan in overeen-
stemming met de instructies in de handleiding van
de dieselmotor.
De groep kan op verschillende manieren aan de
fundering worden bevestigd via speciale gaten in
de vier hoeken. De gekozen methode is afhanke-
lijk van de afmeting, de locatie en de installatie-
beperkingen vanwege akoestische en trillings-
niveaus. Om geen spanning over te brengen op
het frame, moeten de uitlijnfouten tussen de
ankers en het steunvlak worden verholpen met
metalen compensatieschijven, zoals te zien in
afbeelding 4.
VOORZICHTIG! Gevaar voor verontreiniging en
gezondheidsschade!
Bij groepen met een dieselpomp moet de vloer
van de systeemkamer waterdicht worden
gemaakt om verontreiniging van de bodem door
uitgelopen diesel of motorolie te voorkomen.
OPMERKING:
Wij adviseren om het schakelpaneel van de pomp
te voorzien van een alarmsysteem voor pompsto-
ringen, spanningsuitval etc.
7.4 Elektrische aansluiting
7.4.1 Algemeen
GEVAAR! Gevaar voor fataal letsel!
Elektrische aansluitingen moeten worden uit-
gevoerd door geautoriseerd en geschoold per-
soneel in overeenstemming met de geldende
normen en wetten. Er moet altijd stroom
beschikbaar zijn (EN 12845 10.8.1.1).
• Controleer het type voeding en de beschikbare
spanning en vergelijk deze met de gegevens van
pompen, motoren, elektrische panelen en
andere apparatuur. Controleer de aardaanslui-
ting voor het uitvoeren van werkzaamheden.
• Gebruik voor de aansluiting op het stroomnet
kabels uit één stuk, zonder verbindingen, exclu-
sief bestemd voor de pompinstallatie voor de
brandweer, aangesloten vóór de hoofdstroom-
schakelaar van gebouwen.
• Gebruik kabels met een geschikte diameter, met
kenmerken en afmetingen die in overeenstem-
ming zijn met de geldende IEC-normen en met
de specificaties van de norm EN 12845.
• Om de kabels te beschermen tegen directe
blootstelling in geval van brand, moeten deze
door ondergrondse leidingen buiten het gebouw
worden geleid of door delen van het gebouw
waar het risico van brand verwaarloosbaar is. Als
dit niet mogelijk is, moeten ze een extra directe
bescherming hebben met een brandwerendheid
van 180 minuten.
• Breng de aansluitingen tot stand zoals te zien in
de schakelschema's die met de regelkast zijn
meegeleverd.
Summary of Contents for SiFire EN 100/200-205-45 E
Page 2: ...Fig 1 Fig 2a A 2 2 E B C D ...
Page 3: ...Fig 2b Fig 3 21 25 26 13 11 12 19 15 22 27 20 24 23 2 1 14 4 16 7 5 6 10 18 17 9 9 10 8 3 ...
Page 4: ...Fig 4 Fig 5 ...
Page 5: ...Fig 6a 3 5 D D 4 D 2 3 C min max 1 8 m s Fig 6b min 3 5 D D 4 D max 2 m 2 3 C max 1 8 m s ...
Page 6: ...Fig 7 Fig 8 max 3 2 m min A B C D 2 4 5 6 3 8 7 1 ...
Page 7: ...Fig 9a Fig 9b A B C D 800 800 800 ...
Page 8: ...Fig 1a Fig 9a variant Fig 9b variant A B C D 800 800 800 ...
Page 9: ...Fig 10 Fig 11 1 2 1 2 1 ...
Page 10: ......