36
Aanwijzing
Na een wachttijd van ca. 10 seconden
kan de startprocedure tot 5 maal
worden herhaald. Daarna moet het
voertuig gecontroleerd worden en de
accu in het apparaat opgeladen.
Voertuigmotor draait
■
Na ongeveer 2 minuten het apparaat uitscha-
kelen.
■
Pooltangen losklemmen.
Handmatig bijschakelen van de 12 V
of 24 V spanningen
■
Led
[8]
controleren.
■
Toets MAN
[3]
bedienen.
Waarschuwing
Spanning op de pooltangen!
Starthulp
■
Voertuigmotor starten.
Voorzichtig
Apparaat na het starten niet onmid-
dellijk losklemmen of uitschakelen,
omdat de voertuigelektronica en/of de
dynamo daardoor beschadigd kunnen
worden!
■
Apparaat na ongeveer 2 minuten uitschakelen.
■
Pooltangen losklemmen.
Voorzichtig
Wanneer de motor na 6 seconden niet
start, moet de startprocedure onmid-
dellijk worden gestopt, omdat anders
schade aan het starthulpapparaat kan
ontstaan.
Aanwijzing
Na een wachttijd van ca. 10 seconden
kan de startprocedure tot 5 maal
worden herhaald. Daarna moet het
voertuig gecontroleerd worden en de
accu in het apparaat opgeladen.
Aanwijzing
Na ca. 45 minuten schakelt de
elektronica de spanning uit, om een
onopzettelijke ontlading van de ap-
paraataccu's te voorkomen.
Starthulp zonder voertuigaccu
■
Aansluiting van de pooltangen direct op de
poolklemmen van het voertuig.
Voorzichtig
Apparaat niet losklemmen of uitscha-
kelen! De voertuigelektronica en/of de
dynamo kunnen daardoor beschadigd
worden!
Motor draait
■
Toestel uitschakelen
■
Pooltangen losklemmen
Apparaat laden
■
Apparaat vóór het eerste gebruik 24 uren
laden.
■
Apparaat moet na elke startprocedure aan het
meegeleverde laadapparaat worden aange-
sloten.
3
De voortdurende beschikbaarheid van het
apparaat is gewaarborgd.
Aanwijzing
Het apparaat kan ten alle tijden
permanent aan het meegeleverde
apparaat worden aangesloten.