achterkant. Voer het snoer door het
uitdrukstuk.
6b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
6c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
7. Houd de ventilatorassemblage tegen
de binnenkant van de muur, zodat
de pasrand in het muurkanaal zit.
8. Markeer de plaatsen voor de twee
bevestigingsgaten in de linker
boven- en rechter onderhoek.
9. Verwijder de ventilatorassemblage,
boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
10. Zet het snoer en de
ventilatorassemblage weer terug
zoals hiervoor is vermeld, en schroef
ze goed op hun plaats.
Draai de
schroeven niet te strak aan.
Opmerking: Bij moeilijke installaties is
het mogelijk om de ventilator vast te
zetten met een combinatie van schroef-
en ladderstrookbevestigingen.
1. Breng de kabel voor de schakelaar
in de vertoonde klemaansluitingen
aan:
fig.E1 voor GX6 / GXC6 / GXC6T /
GXS6 / GX6 (IP25).
fig.E2 voor GX6T / GX6HT.
fig.E3 voor GXHT2.
2. Wanneer de bedrading voor de
ventilator van bovenaf wordt
aangebracht, zorg dan dat het
buitenomhulsel van het snoer in het
labyrint zit (zie fig.C).
3. Breng de aansluitafdekking weer
aan en zet hem vast.
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan door
het rooster terug te schuiven over de
vrijzetklemmen. De klemmen zullen
het rooster op z'n plaats brengen en
vastzetten.
5. Schakel de netspanning uit en
verwijder de zekeringen.
6. Sluit de kabel van de
scheidingsschakelaar op de
voedingsnetbedrading aan.
7. Zet de zekeringen weer terug en
schakel het voedingsnet weer in.
Bij vaste bedradingscircuits mag
de beveiligingszekering voor de
apparaten niet de 5A
overschrijden.
Opmerking: Wanneer een externe
opvoerschakelaar voor de GX6HT2
wordt gebruikt (zie fig.E3), verwijder dan
het trekkoord, nadat is verzekerd dat de
trekkoordschakelaar in de "uit"-positie is.
Deze schakelaar moet met hiervoor
geschikte tekens zijn gemarkeerd om
snelheidsregeling aan te geven.
�
Deze ventilatoren hebben slechts één
snelheid, behalve de GX6HT2 die
twee snelheden heeft, en allen zijn
niet-omkeerbaar (alleen afzuiging).
�
De luikjes hebben een tijdvertraging
tot 1 minuut bij opening en tot 3
minuten bij sluiting. De tijdvertraging
die wordt geactiveerd door de
schakelaar in werking te stellen,
verzekert een rustige werking
(behalve GXC6- en GXS6-modellen).
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De integrale timer levert een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
Het indicatielicht van de ventilator is
aan wanneer hij is aangezet.
�
Een integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch
wanneer de relatieve vochtigheid
boven het ingesteld niveau komt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat het
relatieve vochtigheidsniveau is
gedaald.
Werking via schakelaar
�
Een handmatige op afstand bediende
schakelaar start de ventilator. Het
indictielicht van de ventilator is aan
wanneer hij ingeschakeld is.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch op
lage snelheid wanneer de relatieve
vochtigheid boven het ingestelde
niveau stijgt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking van opvoer
�
Het integrale trekkoord schakelt de
ventilator in om op hoge snelheid te
draaien. Het indictielicht van de
ventilator is aan wanneer hoge
snelheid is gekozen.
�
In plaats van het trekkoord kan een
schakelaar op afstand worden
gebruikt. Wanneer dit wordt gebruikt
verwijder dan het trekkoord, nadat is
verzekerd dat de trekkoordschakelaar
in de "uit"-positie is.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
Voordat een eventuele afstelling
worden gemaakt, dient de ventilator
volledig van het voedingsnet te
worden geïsoleerd.
Afstelling van de overloop van de
timer
De overloop van de timer is op de
fabriek ingesteld op ongeveer 20
minuten. De tijd kan worden afgesteld
tussen ongeveer 2 en 20 minuten.
1. Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
2. Draai de regelaar die met "T"
aangeduid is tegen de wijzers van de
klok in om de overloop van de timer
te verlagen (zie fig.H).
3. Draai de regelaar met de wijzers van
de klok mee in om de overloop van
de timer te verhogen (zie fig.H).
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan (zie de
sectie "Bevestiging van de ventilator
in het gat").
Einstellung des Humidistats
Afstelling van de instelling van de
automatische luchtvochtigheidsregelaar
De interne vochtigheidssensor is op de
fabriek op ongeveer 70% ingesteld. Het
niveau is afstelbaar tussen ongeveer
50% en 90% relatieve vochtigheid.
Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
GX6T / GXC6T / GX6HT
en alleen de GX6HT2
GXS6
Aanbrengen van bedrading
voor elektrische aansluiting
Gebruik van uw ventilator
GX6
GXC6
GXC6T
GX6T
GX6HT
GX6HT2
GX6 (IP25)
�
Wanneer de ventilator in mogelijk
chemische corrosieve atmosferen
wordt gebruikt, neem dan contact
op met onze afdeling technische
dienst. (Voor markten buiten het
VK, neem contact op met uw
plaatselijke Xpelair distributeur).
�
Wanneer dit elektrische product
wordt geïnstalleerd in een
doucheruimte of badkamer, moet
het zo zijn geplaatst dat het niet
door personen die een bad of
douche nemen kan worden
aangeraakt.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen (bijvoorbeeld elektriciteit,
gas, water) achter de plaats voor
de schakelaar zijn (in de muur of
boven het plafond).
2. Breng, indien noodzakelijk, de kabel
van de scheidingsschakelaar naar de
plaats van de ventilator aan via de
aan-/uitschakelaar (zie fig.E1) SW1
(zie fig.E2) en de externe hoge
snelheid SW1 (zie fig.E3).
3. Breng de kabel van de
scheidingsschakelaar naar het
aansluitpunt op het voedingsnet aan.
WAARSCHUWING: SLUIT OP DIT
PUNT NOG NIET OP HET
VOEDINGSNET AAN.
4. Installeer, indien noodzakelijk, de
scheidingsschakelaar en de aan-
/uitschakelaar (zie fig.E1), SW1 (zie
fig.E2) en externe hoge snelheid SW2
(zie fig.E3).
5. Maak alle verbindingen binnen de
scheidingsschakelaar, en, indien
nodig, de aan-/uitschakelaar.
Opmerking: Wanneer de ventilator in
een badkamer wordt geïnstalleerd,
moeten alle schakelaars van het
trekkoordtype zijn en moeten ze zo
worden geplaatst dat ze niet door
personen die een bad of douche
nemen kunnen worden aangeraakt.
Deze modellen zijn permanent
aangesloten op het voedingsnet en
de werking wordt geregeld via een op
afstand bediende schakelaar.
Ze dienen rechtstreeks op het
voedingsnet te worden aangesloten
via een op de muur gemonteerde
goedgekeurde 10A
oppervlakteschakelaar met tenminste
3mm ruimte tussen de contacten.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
WAARSCHUWING: WANNEER MEN
MET BOREN EN BEITELS WERKT
MOET TE ALLEN TIJDE
OOGBESCHERMING WORDEN
GEDRAGEN.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen in de muur of obstructies
aan de buitenkant (bijvoorbeeld
elektriciteit, gas, water) zijn.
2. Zorg dat het midden van het gat zich
tenminste op 145mm van de randen
van de muur bevindt.
3. Markeer het midden van het
afvoergat.
4. Gebruik dit midden voor het tekenen
van een cirkel passend bij de
muurafvoer (203mm diameter voor
een WK6/300 of WK6/450).
5a. Gebruik volgens de aanwijzingen
van de fabrikant van de spiraalboor.
5b. Boor, helemaal door de muur heen,
een gat in het midden.
6. Maak het gat groter. Ga niet geheel
door de muur heen (de aanbevolen
methode is om rond de rand van de
snijlijn dicht bij elkaar een aantal
gaten te boren en dan de stenen met
een beitel te verwijderen).
7. Ga naar buiten en maak een gat in
de buitenmuur. Gebruik daarbij het
proces zoals hierboven is
beschreven.
8. Breng de afvoer aan. Zorg dat de
afvoer van de ventilator afloopt,
zodat eventueel binnenkomend
regenwater naar buiten wordt
afgevoerd.
9. Maak het gat dicht. Zorg dat de
specie hard is voordat verder wordt
gegaan met de installatie.
Zorg dat u een plaat glas heeft met op
de juiste plaats een gat van 184mm
diameter. (Zie fig. A).
1. Gebruik voor bevestiging in een raam,
de twee korte ladderstroken die bij de
ventilator zijn geleverd.
Gebruik voor bevestiging in een muur,
de langere stroken die bij muurset
WK6/300 of WK6/450 zijn geleverd.
2. Zet de twee ladderstroken vast aan
het buitenrooster door ze over het
haakgietstuk te plaatsen en ze op hun
plaats te drukken.
3. Zorg dat na het aanbrengen van het
haakgietstuk de pakking op de juiste
plaats zit. (Zie fig.B).
4. Breng de twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
Verwijder de jalouzie-afsluiter/
roosterassemblage, door de
vrijzetklemmen die zich aan de zijkanten
van de eenheid bevinden met een 6mm
schroevendraaier of munt in te drukken,
terwijl het rooster naar voren wordt
getrokken.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur of het raam,
zodat het gat in het buitenrooster in
een lijn loopt met het gat in de muur
of het raam.
2. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
achterkant. Voer het snoer door de
bovenste snoerinvoer.
2b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
2c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
3. Houd het buitenrooster tegen de
binnenkant van de muur of het raam
en voer de ladderstroken van het
buitenrooster door de gleuven in de
ventilatorassemblage.
4. Breng de schroeven met zaagsnede
in de uitsparingen rond de
ladderstrooksleuven aan.
5. Draai de schroeven goed aan, zodat
een stevige afdichting ontstaat. Draai
de schroeven niet te strak aan.
6. Knip de ladderstroken tot de
gewenste lengte en verwijder, indien
noodzakelijk, eventuele scherpe
randen.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur, zodat het
gat in het buitenrooster in een lijn
loopt met het gat in de muur.
2. Markeer de plaatsen voor de
bevestigingsgaten in de rechter
boven- en linker onderhoek.
3. Boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
4. Schroef het buitenrooster goed op
z'n plaats en breng schroefdoppen
aan.
Draai de schroeven niet te
strak aan.
5. Breng twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
6a. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
Voorbereiden van het gat
De ventilator voor installatie
voorbereiden
Voor bevestiging met ladderstroken
Bij installatie in een raam
Alleen voor Australië
Bij installatie in een muur
Wanneer spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Wanneer er geen
spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Bevestiging van de ventilator
in het gat - fig. C
Bij gebruik van
schroefbevestigingen
Installeren van schakelaars
en kabels
achterkant. Voer het snoer door het
uitdrukstuk.
6b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
6c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
7. Houd de ventilatorassemblage tegen
de binnenkant van de muur, zodat
de pasrand in het muurkanaal zit.
8. Markeer de plaatsen voor de twee
bevestigingsgaten in de linker
boven- en rechter onderhoek.
9. Verwijder de ventilatorassemblage,
boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
10. Zet het snoer en de
ventilatorassemblage weer terug
zoals hiervoor is vermeld, en schroef
ze goed op hun plaats.
Draai de
schroeven niet te strak aan.
Opmerking: Bij moeilijke installaties is
het mogelijk om de ventilator vast te
zetten met een combinatie van schroef-
en ladderstrookbevestigingen.
1. Breng de kabel voor de schakelaar
in de vertoonde klemaansluitingen
aan:
fig.E1 voor GX6 / GXC6 / GXC6T /
GXS6 / GX6 (IP25).
fig.E2 voor GX6T / GX6HT.
fig.E3 voor GXHT2.
2. Wanneer de bedrading voor de
ventilator van bovenaf wordt
aangebracht, zorg dan dat het
buitenomhulsel van het snoer in het
labyrint zit (zie fig.C).
3. Breng de aansluitafdekking weer
aan en zet hem vast.
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan door
het rooster terug te schuiven over de
vrijzetklemmen. De klemmen zullen
het rooster op z'n plaats brengen en
vastzetten.
5. Schakel de netspanning uit en
verwijder de zekeringen.
6. Sluit de kabel van de
scheidingsschakelaar op de
voedingsnetbedrading aan.
7. Zet de zekeringen weer terug en
schakel het voedingsnet weer in.
Bij vaste bedradingscircuits mag
de beveiligingszekering voor de
apparaten niet de 5A
overschrijden.
Opmerking: Wanneer een externe
opvoerschakelaar voor de GX6HT2
wordt gebruikt (zie fig.E3), verwijder dan
het trekkoord, nadat is verzekerd dat de
trekkoordschakelaar in de "uit"-positie is.
Deze schakelaar moet met hiervoor
geschikte tekens zijn gemarkeerd om
snelheidsregeling aan te geven.
�
Deze ventilatoren hebben slechts één
snelheid, behalve de GX6HT2 die
twee snelheden heeft, en allen zijn
niet-omkeerbaar (alleen afzuiging).
�
De luikjes hebben een tijdvertraging
tot 1 minuut bij opening en tot 3
minuten bij sluiting. De tijdvertraging
die wordt geactiveerd door de
schakelaar in werking te stellen,
verzekert een rustige werking
(behalve GXC6- en GXS6-modellen).
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De integrale timer levert een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
Het indicatielicht van de ventilator is
aan wanneer hij is aangezet.
�
Een integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch
wanneer de relatieve vochtigheid
boven het ingesteld niveau komt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat het
relatieve vochtigheidsniveau is
gedaald.
Werking via schakelaar
�
Een handmatige op afstand bediende
schakelaar start de ventilator. Het
indictielicht van de ventilator is aan
wanneer hij ingeschakeld is.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch op
lage snelheid wanneer de relatieve
vochtigheid boven het ingestelde
niveau stijgt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking van opvoer
�
Het integrale trekkoord schakelt de
ventilator in om op hoge snelheid te
draaien. Het indictielicht van de
ventilator is aan wanneer hoge
snelheid is gekozen.
�
In plaats van het trekkoord kan een
schakelaar op afstand worden
gebruikt. Wanneer dit wordt gebruikt
verwijder dan het trekkoord, nadat is
verzekerd dat de trekkoordschakelaar
in de "uit"-positie is.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
Voordat een eventuele afstelling
worden gemaakt, dient de ventilator
volledig van het voedingsnet te
worden geïsoleerd.
Afstelling van de overloop van de
timer
De overloop van de timer is op de
fabriek ingesteld op ongeveer 20
minuten. De tijd kan worden afgesteld
tussen ongeveer 2 en 20 minuten.
1. Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
2. Draai de regelaar die met "T"
aangeduid is tegen de wijzers van de
klok in om de overloop van de timer
te verlagen (zie fig.H).
3. Draai de regelaar met de wijzers van
de klok mee in om de overloop van
de timer te verhogen (zie fig.H).
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan (zie de
sectie "Bevestiging van de ventilator
in het gat").
Einstellung des Humidistats
Afstelling van de instelling van de
automatische luchtvochtigheidsregelaar
De interne vochtigheidssensor is op de
fabriek op ongeveer 70% ingesteld. Het
niveau is afstelbaar tussen ongeveer
50% en 90% relatieve vochtigheid.
Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
GX6T / GXC6T / GX6HT
en alleen de GX6HT2
GXS6
Aanbrengen van bedrading
voor elektrische aansluiting
Gebruik van uw ventilator
GX6
GXC6
GXC6T
GX6T
GX6HT
GX6HT2
GX6 (IP25)
�
Wanneer de ventilator in mogelijk
chemische corrosieve atmosferen
wordt gebruikt, neem dan contact
op met onze afdeling technische
dienst. (Voor markten buiten het
VK, neem contact op met uw
plaatselijke Xpelair distributeur).
�
Wanneer dit elektrische product
wordt geïnstalleerd in een
doucheruimte of badkamer, moet
het zo zijn geplaatst dat het niet
door personen die een bad of
douche nemen kan worden
aangeraakt.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen (bijvoorbeeld elektriciteit,
gas, water) achter de plaats voor
de schakelaar zijn (in de muur of
boven het plafond).
2. Breng, indien noodzakelijk, de kabel
van de scheidingsschakelaar naar de
plaats van de ventilator aan via de
aan-/uitschakelaar (zie fig.E1) SW1
(zie fig.E2) en de externe hoge
snelheid SW1 (zie fig.E3).
3. Breng de kabel van de
scheidingsschakelaar naar het
aansluitpunt op het voedingsnet aan.
WAARSCHUWING: SLUIT OP DIT
PUNT NOG NIET OP HET
VOEDINGSNET AAN.
4. Installeer, indien noodzakelijk, de
scheidingsschakelaar en de aan-
/uitschakelaar (zie fig.E1), SW1 (zie
fig.E2) en externe hoge snelheid SW2
(zie fig.E3).
5. Maak alle verbindingen binnen de
scheidingsschakelaar, en, indien
nodig, de aan-/uitschakelaar.
Opmerking: Wanneer de ventilator in
een badkamer wordt geïnstalleerd,
moeten alle schakelaars van het
trekkoordtype zijn en moeten ze zo
worden geplaatst dat ze niet door
personen die een bad of douche
nemen kunnen worden aangeraakt.
Deze modellen zijn permanent
aangesloten op het voedingsnet en
de werking wordt geregeld via een op
afstand bediende schakelaar.
Ze dienen rechtstreeks op het
voedingsnet te worden aangesloten
via een op de muur gemonteerde
goedgekeurde 10A
oppervlakteschakelaar met tenminste
3mm ruimte tussen de contacten.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
WAARSCHUWING: WANNEER MEN
MET BOREN EN BEITELS WERKT
MOET TE ALLEN TIJDE
OOGBESCHERMING WORDEN
GEDRAGEN.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen in de muur of obstructies
aan de buitenkant (bijvoorbeeld
elektriciteit, gas, water) zijn.
2. Zorg dat het midden van het gat zich
tenminste op 145mm van de randen
van de muur bevindt.
3. Markeer het midden van het
afvoergat.
4. Gebruik dit midden voor het tekenen
van een cirkel passend bij de
muurafvoer (203mm diameter voor
een WK6/300 of WK6/450).
5a. Gebruik volgens de aanwijzingen
van de fabrikant van de spiraalboor.
5b. Boor, helemaal door de muur heen,
een gat in het midden.
6. Maak het gat groter. Ga niet geheel
door de muur heen (de aanbevolen
methode is om rond de rand van de
snijlijn dicht bij elkaar een aantal
gaten te boren en dan de stenen met
een beitel te verwijderen).
7. Ga naar buiten en maak een gat in
de buitenmuur. Gebruik daarbij het
proces zoals hierboven is
beschreven.
8. Breng de afvoer aan. Zorg dat de
afvoer van de ventilator afloopt,
zodat eventueel binnenkomend
regenwater naar buiten wordt
afgevoerd.
9. Maak het gat dicht. Zorg dat de
specie hard is voordat verder wordt
gegaan met de installatie.
Zorg dat u een plaat glas heeft met op
de juiste plaats een gat van 184mm
diameter. (Zie fig. A).
1. Gebruik voor bevestiging in een raam,
de twee korte ladderstroken die bij de
ventilator zijn geleverd.
Gebruik voor bevestiging in een muur,
de langere stroken die bij muurset
WK6/300 of WK6/450 zijn geleverd.
2. Zet de twee ladderstroken vast aan
het buitenrooster door ze over het
haakgietstuk te plaatsen en ze op hun
plaats te drukken.
3. Zorg dat na het aanbrengen van het
haakgietstuk de pakking op de juiste
plaats zit. (Zie fig.B).
4. Breng de twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
Verwijder de jalouzie-afsluiter/
roosterassemblage, door de
vrijzetklemmen die zich aan de zijkanten
van de eenheid bevinden met een 6mm
schroevendraaier of munt in te drukken,
terwijl het rooster naar voren wordt
getrokken.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur of het raam,
zodat het gat in het buitenrooster in
een lijn loopt met het gat in de muur
of het raam.
2. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
achterkant. Voer het snoer door de
bovenste snoerinvoer.
2b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
2c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
3. Houd het buitenrooster tegen de
binnenkant van de muur of het raam
en voer de ladderstroken van het
buitenrooster door de gleuven in de
ventilatorassemblage.
4. Breng de schroeven met zaagsnede
in de uitsparingen rond de
ladderstrooksleuven aan.
5. Draai de schroeven goed aan, zodat
een stevige afdichting ontstaat. Draai
de schroeven niet te strak aan.
6. Knip de ladderstroken tot de
gewenste lengte en verwijder, indien
noodzakelijk, eventuele scherpe
randen.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur, zodat het
gat in het buitenrooster in een lijn
loopt met het gat in de muur.
2. Markeer de plaatsen voor de
bevestigingsgaten in de rechter
boven- en linker onderhoek.
3. Boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
4. Schroef het buitenrooster goed op
z'n plaats en breng schroefdoppen
aan.
Draai de schroeven niet te
strak aan.
5. Breng twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
6a. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
Voorbereiden van het gat
De ventilator voor installatie
voorbereiden
Voor bevestiging met ladderstroken
Bij installatie in een raam
Alleen voor Australië
Bij installatie in een muur
Wanneer spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Wanneer er geen
spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Bevestiging van de ventilator
in het gat - fig. C
Bij gebruik van
schroefbevestigingen
Installeren van schakelaars
en kabels
achterkant. Voer het snoer door het
uitdrukstuk.
6b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
6c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
7. Houd de ventilatorassemblage tegen
de binnenkant van de muur, zodat
de pasrand in het muurkanaal zit.
8. Markeer de plaatsen voor de twee
bevestigingsgaten in de linker
boven- en rechter onderhoek.
9. Verwijder de ventilatorassemblage,
boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
10. Zet het snoer en de
ventilatorassemblage weer terug
zoals hiervoor is vermeld, en schroef
ze goed op hun plaats.
Draai de
schroeven niet te strak aan.
Opmerking: Bij moeilijke installaties is
het mogelijk om de ventilator vast te
zetten met een combinatie van schroef-
en ladderstrookbevestigingen.
1. Breng de kabel voor de schakelaar
in de vertoonde klemaansluitingen
aan:
fig.E1 voor GX6 / GXC6 / GXC6T /
GXS6 / GX6 (IP25).
fig.E2 voor GX6T / GX6HT.
fig.E3 voor GXHT2.
2. Wanneer de bedrading voor de
ventilator van bovenaf wordt
aangebracht, zorg dan dat het
buitenomhulsel van het snoer in het
labyrint zit (zie fig.C).
3. Breng de aansluitafdekking weer
aan en zet hem vast.
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan door
het rooster terug te schuiven over de
vrijzetklemmen. De klemmen zullen
het rooster op z'n plaats brengen en
vastzetten.
5. Schakel de netspanning uit en
verwijder de zekeringen.
6. Sluit de kabel van de
scheidingsschakelaar op de
voedingsnetbedrading aan.
7. Zet de zekeringen weer terug en
schakel het voedingsnet weer in.
Bij vaste bedradingscircuits mag
de beveiligingszekering voor de
apparaten niet de 5A
overschrijden.
Opmerking: Wanneer een externe
opvoerschakelaar voor de GX6HT2
wordt gebruikt (zie fig.E3), verwijder dan
het trekkoord, nadat is verzekerd dat de
trekkoordschakelaar in de "uit"-positie is.
Deze schakelaar moet met hiervoor
geschikte tekens zijn gemarkeerd om
snelheidsregeling aan te geven.
�
Deze ventilatoren hebben slechts één
snelheid, behalve de GX6HT2 die
twee snelheden heeft, en allen zijn
niet-omkeerbaar (alleen afzuiging).
�
De luikjes hebben een tijdvertraging
tot 1 minuut bij opening en tot 3
minuten bij sluiting. De tijdvertraging
die wordt geactiveerd door de
schakelaar in werking te stellen,
verzekert een rustige werking
(behalve GXC6- en GXS6-modellen).
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door aan een integraal trekkoord te
trekken.
�
Om hem in te schakelen dient men
aan het koord te trekken en dit dan
weer los te laten.
�
Herhaal om hem weer uit te
schakelen.
�
De integrale timer levert een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
�
De ventilator wordt in werking gesteld
door een schakelaar op afstand.
Het indicatielicht van de ventilator is
aan wanneer hij is aangezet.
�
Een integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch
wanneer de relatieve vochtigheid
boven het ingesteld niveau komt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat het
relatieve vochtigheidsniveau is
gedaald.
Werking via schakelaar
�
Een handmatige op afstand bediende
schakelaar start de ventilator. Het
indictielicht van de ventilator is aan
wanneer hij ingeschakeld is.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking bij condensatie
�
De ventilator werkt automatisch op
lage snelheid wanneer de relatieve
vochtigheid boven het ingestelde
niveau stijgt.
�
De integrale timer zorgt voor een
afstelbare overloopperiode nadat de
ventilator is uitgeschakeld.
Werking van opvoer
�
Het integrale trekkoord schakelt de
ventilator in om op hoge snelheid te
draaien. Het indictielicht van de
ventilator is aan wanneer hoge
snelheid is gekozen.
�
In plaats van het trekkoord kan een
schakelaar op afstand worden
gebruikt. Wanneer dit wordt gebruikt
verwijder dan het trekkoord, nadat is
verzekerd dat de trekkoordschakelaar
in de "uit"-positie is.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
�
Deze ventilator wordt in werking
gesteld door een schakelaar op
afstand.
Voordat een eventuele afstelling
worden gemaakt, dient de ventilator
volledig van het voedingsnet te
worden geïsoleerd.
Afstelling van de overloop van de
timer
De overloop van de timer is op de
fabriek ingesteld op ongeveer 20
minuten. De tijd kan worden afgesteld
tussen ongeveer 2 en 20 minuten.
1. Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
2. Draai de regelaar die met "T"
aangeduid is tegen de wijzers van de
klok in om de overloop van de timer
te verlagen (zie fig.H).
3. Draai de regelaar met de wijzers van
de klok mee in om de overloop van
de timer te verhogen (zie fig.H).
4. Breng de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage weer aan (zie de
sectie "Bevestiging van de ventilator
in het gat").
Einstellung des Humidistats
Afstelling van de instelling van de
automatische luchtvochtigheidsregelaar
De interne vochtigheidssensor is op de
fabriek op ongeveer 70% ingesteld. Het
niveau is afstelbaar tussen ongeveer
50% en 90% relatieve vochtigheid.
Verwijder de jalouzie-afsluiter /
roosterassemblage (zie de sectie
"Bevestiging van de ventilator in het
gat").
GX6T / GXC6T / GX6HT
en alleen de GX6HT2
GXS6
Aanbrengen van bedrading
voor elektrische aansluiting
Gebruik van uw ventilator
GX6
GXC6
GXC6T
GX6T
GX6HT
GX6HT2
GX6 (IP25)
�
Wanneer de ventilator in mogelijk
chemische corrosieve atmosferen
wordt gebruikt, neem dan contact
op met onze afdeling technische
dienst. (Voor markten buiten het
VK, neem contact op met uw
plaatselijke Xpelair distributeur).
�
Wanneer dit elektrische product
wordt geïnstalleerd in een
doucheruimte of badkamer, moet
het zo zijn geplaatst dat het niet
door personen die een bad of
douche nemen kan worden
aangeraakt.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen (bijvoorbeeld elektriciteit,
gas, water) achter de plaats voor
de schakelaar zijn (in de muur of
boven het plafond).
2. Breng, indien noodzakelijk, de kabel
van de scheidingsschakelaar naar de
plaats van de ventilator aan via de
aan-/uitschakelaar (zie fig.E1) SW1
(zie fig.E2) en de externe hoge
snelheid SW1 (zie fig.E3).
3. Breng de kabel van de
scheidingsschakelaar naar het
aansluitpunt op het voedingsnet aan.
WAARSCHUWING: SLUIT OP DIT
PUNT NOG NIET OP HET
VOEDINGSNET AAN.
4. Installeer, indien noodzakelijk, de
scheidingsschakelaar en de aan-
/uitschakelaar (zie fig.E1), SW1 (zie
fig.E2) en externe hoge snelheid SW2
(zie fig.E3).
5. Maak alle verbindingen binnen de
scheidingsschakelaar, en, indien
nodig, de aan-/uitschakelaar.
Opmerking: Wanneer de ventilator in
een badkamer wordt geïnstalleerd,
moeten alle schakelaars van het
trekkoordtype zijn en moeten ze zo
worden geplaatst dat ze niet door
personen die een bad of douche
nemen kunnen worden aangeraakt.
Deze modellen zijn permanent
aangesloten op het voedingsnet en
de werking wordt geregeld via een op
afstand bediende schakelaar.
Ze dienen rechtstreeks op het
voedingsnet te worden aangesloten
via een op de muur gemonteerde
goedgekeurde 10A
oppervlakteschakelaar met tenminste
3mm ruimte tussen de contacten.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
WAARSCHUWING: WANNEER MEN
MET BOREN EN BEITELS WERKT
MOET TE ALLEN TIJDE
OOGBESCHERMING WORDEN
GEDRAGEN.
1. Controleer of er geen verborgen
leidingen in de muur of obstructies
aan de buitenkant (bijvoorbeeld
elektriciteit, gas, water) zijn.
2. Zorg dat het midden van het gat zich
tenminste op 145mm van de randen
van de muur bevindt.
3. Markeer het midden van het
afvoergat.
4. Gebruik dit midden voor het tekenen
van een cirkel passend bij de
muurafvoer (203mm diameter voor
een WK6/300 of WK6/450).
5a. Gebruik volgens de aanwijzingen
van de fabrikant van de spiraalboor.
5b. Boor, helemaal door de muur heen,
een gat in het midden.
6. Maak het gat groter. Ga niet geheel
door de muur heen (de aanbevolen
methode is om rond de rand van de
snijlijn dicht bij elkaar een aantal
gaten te boren en dan de stenen met
een beitel te verwijderen).
7. Ga naar buiten en maak een gat in
de buitenmuur. Gebruik daarbij het
proces zoals hierboven is
beschreven.
8. Breng de afvoer aan. Zorg dat de
afvoer van de ventilator afloopt,
zodat eventueel binnenkomend
regenwater naar buiten wordt
afgevoerd.
9. Maak het gat dicht. Zorg dat de
specie hard is voordat verder wordt
gegaan met de installatie.
Zorg dat u een plaat glas heeft met op
de juiste plaats een gat van 184mm
diameter. (Zie fig. A).
1. Gebruik voor bevestiging in een raam,
de twee korte ladderstroken die bij de
ventilator zijn geleverd.
Gebruik voor bevestiging in een muur,
de langere stroken die bij muurset
WK6/300 of WK6/450 zijn geleverd.
2. Zet de twee ladderstroken vast aan
het buitenrooster door ze over het
haakgietstuk te plaatsen en ze op hun
plaats te drukken.
3. Zorg dat na het aanbrengen van het
haakgietstuk de pakking op de juiste
plaats zit. (Zie fig.B).
4. Breng de twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
Wanneer boven grondniveau wordt
gewerkt moeten de van toepassing
zijnde veiligheidsvoorschriften
worden nageleefd.
Verwijder de jalouzie-afsluiter/
roosterassemblage, door de
vrijzetklemmen die zich aan de zijkanten
van de eenheid bevinden met een 6mm
schroevendraaier of munt in te drukken,
terwijl het rooster naar voren wordt
getrokken.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur of het raam,
zodat het gat in het buitenrooster in
een lijn loopt met het gat in de muur
of het raam.
2. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
achterkant. Voer het snoer door de
bovenste snoerinvoer.
2b. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de bovenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en voer het snoer
door de bovenste snoerinvoer.
2c. Verwijder, alleen bij de GX6 (IP25),
wanneer de bedrading vanaf de
bovenkant wordt aangebracht, de
aansluitafdekking van de ventilator.
Boor met een nummer 1
schroevendraaier, een gaatje in de
doorvoertule van de kabelinvoer en
voer de kabel via de doorvoertule
door de kabelinvoer aan de
bovenkant. VERWIJDER DE
DOORVOERTULE NIET.
3. Houd het buitenrooster tegen de
binnenkant van de muur of het raam
en voer de ladderstroken van het
buitenrooster door de gleuven in de
ventilatorassemblage.
4. Breng de schroeven met zaagsnede
in de uitsparingen rond de
ladderstrooksleuven aan.
5. Draai de schroeven goed aan, zodat
een stevige afdichting ontstaat. Draai
de schroeven niet te strak aan.
6. Knip de ladderstroken tot de
gewenste lengte en verwijder, indien
noodzakelijk, eventuele scherpe
randen.
1. Houd het buitenrooster tegen de
buitenkant van de muur, zodat het
gat in het buitenrooster in een lijn
loopt met het gat in de muur.
2. Markeer de plaatsen voor de
bevestigingsgaten in de rechter
boven- en linker onderhoek.
3. Boor de gaten en breng
ankerbevestigingen passend bij de
muur aan.
4. Schroef het buitenrooster goed op
z'n plaats en breng schroefdoppen
aan.
Draai de schroeven niet te
strak aan.
5. Breng twee schroefdoppen in de
twee bevestigingsgaten in het
buitenrooster aan.
6a. Verwijder, wanneer de bedrading
vanaf de buitenkant wordt
aangebracht, de aansluitafdekking
van de ventilator en het uitdrukstuk
voor de invoer van het snoer via de
Voorbereiden van het gat
De ventilator voor installatie
voorbereiden
Voor bevestiging met ladderstroken
Bij installatie in een raam
Alleen voor Australië
Bij installatie in een muur
Wanneer spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Wanneer er geen
spiraalboorapparatuur
beschikbaar is
Bevestiging van de ventilator
in het gat - fig. C
Bij gebruik van
schroefbevestigingen
Installeren van schakelaars
en kabels
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik
door personen (met inbegrip van kinderen
en zieken) met verminderde lichamelijke,
zintuiglijke of geestelijke capaciteiten of die
een gebrek aan ervaring en kennis hebben,
tenzij zij toezicht of instructie ontvangen
hebben over het gebruik van het apparaat
van een persoon met verantwoordelijkheid
voor hun veiligheid. Kinderen moeten onder
toezicht staan om te verzekeren dat ze niet
met het apparaat spelen.
Summary of Contents for GX6
Page 2: ...A B C D GLASS WINDOW 6 see F 13...
Page 3: ...E1 E2 E3...
Page 4: ...G1...
Page 5: ...G3 G2...