BEDIENINGSELEMENTEN EN FUNCTIES
7
Nl
Nederlands
VOO
R
BE
REI
D
IN
G
D
Versterkercontroletoetsen
Bedient de overeenkomstige functies van een Yamaha-
versterker.
A
(Aan/uit)
Schakelt uw versterker in of uit.
INPUT (
/
)
Wijzigt de ingangsbron.
VOLUME (
/
)
Regelt het volume.
MUTE
Activeert of deactiveert de geluidsdemping.
Raadpleeg de handleiding van uw versterker voor meer
informatie over de bediening ervan.
y
Deze knoppen werken mogelijk niet voor sommige Yamaha-
versterkers.
E
A
(Aan/uit) (
Schakelt het toestel in of uit of activeert de stand-bystand.
F
PURE DIRECT
Schakelt de PURE DIRECT-modus in of uit. De PURE
DIRECT-modus zorgt voor een betere audiokwaliteit.
De digitale uitgang en het display van het voorpaneel worden
uitgeschakeld als dit toestel zich in de PURE DIRECT-
modus bevindt.
G
CLEAR (
P.16)
Wist het laatst geprogrammeerde nummer van een audio-cd
tijdens de programmabewerkingsmodus.
Wist alle geprogrammeerde nummers wanneer het afspelen
wordt gestopt tijdens het verlaten van de
programmabewerkingemodus.
H
PROGRAM (
P.16)
Schakelt de geprogrammeerde afspeelmodus in of uit. In de
geprogrammeerde afspeelmodus kunt u nummers op een
audio-cds afspelen in een geprogrammeerde volgorde.
I
SHUFFLE (
Wisselt de willekeurige weergave.
J
NOW PLAYING (
Geeft afspeelgegevens weer bij het selecteren (bladeren) van
muziekbestanden, mappen, etc.
K
RETURN (
U gaat één niveau omhoog het selecteren (bladeren) van
muziekbestanden, mappen, etc.
L
OPTION
Deze knop is niet beschikbaar voor dit toestel.
Opmerking