Basisbediening
Style Creator
PSR-3000/1500 Gebruikershandleiding
123
De automatisc
he begeleidingsstijlen gebruiken, cre
ëren en bewerken
2
Selecteer het te bewerken kanaal met de knoppen [1
π
π
π
π†
†
†
†
]/[2
π
π
π
π†
†
†
†
]
(CHANNEL).
Het geselecteerde kanaal wordt links bovenaan in de display weergegeven.
3
Bewerk de data met de knoppen [3
π
π
π
π†
†
†
†
]–[8
π
π
π
π†
†
†
†
].
Zie hierna voor details over bewerkbare parameters.
4
Druk op de knop [I] (SAVE) om de display voor stijlselectie op te
roepen voor het opslaan van de data.
Sla de data op in de display voor stijlselectie (pagina 67).
■
SOURCE ROOT/CHORD
Deze instellingen bepalen de originele toonsoort van het bronpatroon (dat wil
zeggen, de toonsoort die gebruikt wordt voor het opnemen van het patroon). De
standaardinstelling, CM7, (met een brongrondtoon 'C' en een bronakkoordsoort
'M7'), wordt automatisch geselecteerd als de vooraf ingestelde data wordt gewist
voordat een nieuwe stijl wordt opgenomen, ongeacht de brongrondtoon en het
bronakkoord in de vooraf ingestelde data. Als u de/het brongrondtoon/-akkoord
wijzigt van de standaardinstelling CM7 in een ander akkoord, zullen ook de
akkoordnoten en aanbevolen noten veranderen, afhankelijk van de nieuwe
geselecteerde akkoordsoort.
Als de brongrondtoon C is:
■
NTR (Noottransponeringsregel)
Hiermee wordt de relatieve positie van de grondtoon in het akkoord bepaald,
wanneer conversie van het bronpatroon plaatsvindt ten gevolge van
akkoordwisselingen.
LET OP
De bewerkte stijl zal verloren
gaan als u van stijl verandert
of als u het instrument uitzet
zonder de opslaghandeling
uit te voeren.
Uw stijl afluisteren met een
bepaald akkoord
Gewoonlijk kunt u in de Style
Creator uw originele stijl-in-
bewerking horen met het
bronpatroon. Er is echter een
manier om de stijl af te laten
spelen met een bepaald akkoord
en en een bepaalde grondtoon.
Hiertoe stelt u NTR in op 'Root
Fixed (grondtoon vast)', NTT op
'Bypass', en NTT BASS op 'OFF'
waarna u de nieuwe getoonde
parameters 'Play Root' en 'Play
Chord' verandert in de gewenste
instellingen.
ROOT TRANS
(Grondtoon
transponeren)
Als de grondtoonnoot wordt
getransponeerd, blijft het
toonhoogteverband tussen noten
gehandhaafd. De noten c3, e3 en g3
in de toonsoort C worden
bijvoorbeeld f3, a3 en c4 als ze naar F
worden getransponeerd. Gebruik
deze instelling voor kanalen met
melodielijnen.
ROOT FIXED
De noot wordt zo dicht mogelijk bij
het voorgaande nootbereik gehouden.
De noten c3, e3 en g3 in de toonsoort
C worden bijvoorbeeld c3, f3 en a3 als
ze naar F worden getransponeerd.
Gebruik deze instelling voor kanalen
met akkoordgedeelten.
C R
C
R
C
Cm
C R
C C
R
C
Cm
6
C
C
R
C
C
Cm
7
C
R
R
R
C
C
C
Cm
b
5
7
C C
R C
C
C
7
Cm
(9)
(9)
C R
C
C
C
C
7
Cm
(11)
C R
C
C
R
C
CmM
7
C C
R C
C
Cm
C
C
C
C
7
C
C C
R C
C
C
7
CmM
(9)
C
R
C
C R
Cdim
C R
R
R
C
C
C R
Cdim
7
C C C
C
C
C
(9)
7
C R C
C
C
C
b
5
7
C R C
C R
C
C
C
(
#
11
)
7
C
C
C
C
C sus
4
7
C R C
C R
CM
C R C
C
C
R
CM
7
C C C
C
C
R
7
CM
(9)
C C C
C
R
C
C
(9)
6
C R C
R C R
Caug
C R C
C
R
C
CM
6
C R C
C
C
R
C
7
CM
(
#
11)
C C C
C R
CM
add9
C R C
C C
C
C
(13)
7
C
C
C
C
C
C
(
b
9)
7
C
C
1+8
C
C
C
1+5
C
C
C
R
C
C
C
(
#
9)
7
C R C
R C C
C aug
7
C R C
C
R
R
C
CM aug
7
C
C
C
R
R
C C
C
(
b
13
)
7
C R
C
C
Csus
4
C C R
C R
C
1+2+5
C = Akkoordnoten C, R = Aanbevolen noten
Bij het spelen
van een C
majeur-akkoord.
Bij het spelen van
een F majeur-
akkoord.
Bij het spelen van
een C majeur-
akkoord.
Bij het spelen van
een F majeur-
akkoord.