47
Nl
Ne
de
rla
n
ds
INL
E
ID
ING
AA
NVULLENDE
INFORMA
T
IE
APPENDIX
V
O
O
RBERE
IDIN
GE
N
B
A
SISBEDIENIN
G
GE
A
V
ANC
EERDE
BE
DI
EN
IN
G
In de geavanceerde instelling kunt u de basisbediening van
dit toestel instellen zoals aan en uit van de bi-amp
verbinding of het initialiseren van de
gebruikersinstellingen. Voer de volgende stappen uit om
de instellingen te wijzigen.
1
Zet dit toestel in de standby-stand.
2
Druk op
A
STANDBY/ON
en houd
L
STRAIGHT
op het voorpaneel ingedrukt.
Het uitgebreide instellingsmenu verschijnt alleen via
de display op het voorpaneel.
3
Druk herhaaldelijk op
K
PROGRAM
l
/
h
om de parameter te selecteren die u wilt
wijzigen.
De standaard instelling is aangegeven met “*”.
y
•
Ingestelde waarden zijn geplaatst in XXX van de volgende
parameters op een feitelijk displayscherm.
REMOTE ID -XXX
Stelt een afstandsbediening ID in. Bij het gebruik van
meerdere Yamaha AV-ontvangers, kunt u deze
bedienen met een enkele afstandsbediening door de
ontvanger ID's op dezelfde instelling te zetten.
BI AMP - XXX
Schakelt de bi-amp verbinding van de
hoofdluidsprekers aan en uit. Voor bi-amp-
verbinding, zie bladzijde 12.
MON.CHK -XXXX
Voegt een opwaarderingsbeperking op aan de
weergavesignalen naar een videomonitor die is
aangesloten op dit toestel via de HDMI OUT
aansluiting.
INIT-XXXXXXXXX
Initialiseert diverse instellingen die zijn opgeslagen
op dit toestel. U kunt een initialiseringsmethode
selecteren uit het volgende.
DSP PARAM: Alle parameters van
geluidsveldprogramma's
VIDEO:
Videoconversie-instellingen (resolutie/
verhouding) in het setup menu en de
OSD displaystand
ALL:
Stelt het toestel terug naar de originele
fabrieksinstellingen
CANCEL:
Annulering van initialisatie
4
Druk een paar keer op
L
STRAIGHT
om de
waarde die u wilt wijzigen, te selecteren.
De geselecteerde waarde hier wordt effectief als dit
toestel de volgende keer wordt aangezet. U kunt
meerdere instellingen wijzigen door stappen 3 en 4 te
herhalen.
5
Druk op
A
STANDBY/ON
, zet dit systeem uit
en druk opnieuw op
A
STANDBY/ON
.
De waarde die is ingesteld in stap 3 wordt effectief en
het toestel gaat aan. Als u initialisatie selecteert in
stap 3, wordt de initialisatie uitgevoerd.
Er zijn twee ID's gegeven voor de afstandsbediening van
dit toestel. Als er een andere Yamaha-versterker in
dezefde kamer is, dan voorkomt het instellen van een
andere afstandsbediening-ID naar dit toestel een
ongewenste bediening van de andere versterker.
ID1 is standaard ingesteld voor zowel de
afstandsbediening als de versterker.
Als u de ID van de afstandsbediening wijzigt, wordt
“Advance Setup” weergegeven (zie het vorige hoofdstuk)
en wijzigt de ID voor de versterker ook.
1
Druk op
c
CODE SET
op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp
zoals de punt van een pen.
b
TRANSMIT
knippert twee keer.
2
Druk op
l
SETUP
op de afstandsbediening.
3
Voer de gewenste afstandsbedienings-ID
code in.
Voor omschakelen naar ID1:
Voer “5019” in met
s
Numerieke toetsen
.
Voor omschakelen naar ID2:
Voer “5020” in met
s
Numerieke toetsen
.
Als de afstandsbedieningcode eenmaal is
geregistreerd, knippert
b
TRANSMIT
twee keer.
Als het mislukt, knippert
b
TRANSMIT
zes keer.
Herhaal vanaf stap 1.
y
•
Als u de afstandsbedieningscode initialiseert (zie bladzijde 46), dan keert
deze terug naar ID1.
Geavanceerde setup
Keuzes:
ID1
*/
ID2
Keuzes:
ON
/
OFF
*
Keuzes:
YES
*/
SKIP
Keuzes:
DSP PARAM
/
VIDEO
/
ALL
/
CANCEL
ADVANCEDSETUP
Instellen van een afstandsbedienings-ID