NL - 62
4.2 Montage aan de wand
Monteer de ComfoFond-L Eco tegen een wand met
een massa van minimaal 200 kg/m
2
. Voor andere
wanden moet het onderstel van Zehnder (optioneel
te verkrijgen) worden gebruikt. Hiermee wordt
contactgeluid zoveel mogelijk voorkomen.
Zorg ervoor dat er aan de voorkant van de
ComfoFond-L Eco minimaal 110 cm ruimte aanwezig
is in verband met de benodigde ruimte voor
onderhoudswerkzaamheden.
Verplaats, indien nodig, de documentatie van
de ventilatieunit zodat deze bereikbaar blijft na
installatie van de ComfoFond-L Eco.
ComfoFond-L Eco 350
1. Bevestig de meegeleverde ophangbeugel
waterpas aan de wand. De ophangbeugel dient
op dezelfde hoogte te worden gemonteerd als die
van het ventilatietoestel (zie bijlage Wall mountig
pictures).
2. Hang de ComfoFond-L Eco in de ophangbeugel.
3. Verdraai de buitenlucht aansluitbocht (A) van
het ventilatietoestel en sluit deze aan op de
toevoerlucht van de ComfoFond-L Eco.
A
C
A. Buitenlucht aansluitbocht
C. Afvoer vloeistofaansluiting
4. Monteer de condensafvoer aan de onderkant van
de ComfoFond-L Eco, zoals staat omschreven in
het montagehoofdstuk van de condensafvoer.
5. Monteer het vloeistofcircuit
(aardwarmtecollector), inclusief de
boilerveiligheidsgroep aan de afvoerzijde (C), aan
de ComfoFond-L Eco, zoals staat omschreven in
het montagehoofdstuk van het vloeistofcircuit.
6. Sluit de 2 snoeren van de ComfoFond-L Eco aan
op het ventilatietoestel, zoals staat omschreven
in het montagehoofdstuk van de elektrische
aansluitingen.
ComfoFond-L Eco 550
1. Bevestig de meegeleverde ophangbeugel
waterpas aan de wand. De ophangbeugel dient
op dezelfde hoogte te worden gemonteerd als die
van het ventilatietoestel (zie bijlage Wall mountig
pictures).
2. Hang de ComfoFond-L Eco in de ophangbeugel.
3. Plaats de metalen verbindingsmof (A) op de
nisbus (buitenlucht) van het ventilatietoestel.
4. Verbind de twee 90º aansluitbochten met de EPP
verbindingsmof (B).
5. Plaats de verbonden 90º aansluitbochten
op de metalen verbindingsmof (A) van het
ventilatietoestel en de luchtuitgang van de
ComfoFond-L Eco.
A
B
C
A. Metalen verbindingsmof
B. EPP verbindingsmof
C. Afvoer vloeistofaansluiting
6. Monteer de condensafvoer aan de onderkant van
de ComfoFond-L Eco, zoals staat omschreven in
het montagehoofdstuk van de condensafvoer.
7. Monteer het vloeistofcircuit
(aardwarmtecollector), inclusief de
boilerveiligheidsgroep aan de afvoerzijde (C), aan
de ComfoFond-L Eco, zoals staat omschreven in
het montagehoofdstuk van het vloeistofcircuit.
8. Sluit de 2 snoeren van de ComfoFond-L Eco aan
op het ventilatietoestel, zoals staat omschreven
in het montagehoofdstuk van de elektrische
aansluitingen.
4.3 Aansluiting van de condensafvoer
Tijdens het monteren van de condensafvoer moet
er rekening gehouden worden met de volgende
aspecten (zie ook bijlage Condensation drain
pictures):
Het condenswater moet vorstvrij, onder afschot
en via een geschikte sifon worden afgevoerd;
Sluit de condensafvoer luchtdicht via een leiding
of slang met een sifon (met een waterslot van
minimaal 60mm) aan op de binnenriolering;
Positioneer de bovenrand van het sifon minimaal
60 mm onder de condensafvoer van de
ComfoFond-L Eco.
De condensaf voeren van de ComfoFond-L Eco
en het ventilatietoestel mogen nooit zonder sifon
met elkaar verbonden zijn.
Summary of Contents for ComfoFond-L Eco 350 L
Page 95: ...95 ...
